De heer MARTENS zegt zijn verhaal gebaseerd te hebben op de zinsnede: "Het Commissariaat
voor de Media houdt met deze omstandigheid geen rekening bij het toewijzen van de zendtijd."
Deze zinsnede staat haaks op hetgeen in de brief staat. Hij voelt zich dus enigszins op het
verkeerde been gezet. Hij vraagt zich af waar de informatie uit het raadsvoorstel dan vandaan-
komt.
De heer GEERTS had nog graag een reactie op het door hem geformuleerde voorstel om
nadrukkelijk te vragen om opschorting van de procedure. Dus niet alleen een negatief advies,
maar ook opschorting van de procedure.
De heer POSTHUMA reageert nog even op de opmerking van de heer Geerts in eerste termijn als
zou de raad in de positie zijn gebracht om een negatief oordeel te moeten uitspreken over een lijst
met mensen. Hijzelf heeft dat niet zo ervaren. Als hij al negatief geoordeeld heeft, dan is dat niet
over de mensen, maar hooguit over de vraag in hoeverre zij representatief zijn voor groeperingen.
Ten aanzien van het opschorten van de procedure merkt hij op van mening te zijn dat met het
uitbrengen van een negatief advies de procedure toch eigenlijk volledig afgewikkeld is.
De heer GEERTS is het daar niet mee eens. De mogelijkheid bestaat dan altijd nog dat beroep
wordt aangetekend, waarna we dan toch weer in een procedure verzeild raken. In feite had de
procedure al niet opgestart mogen worden en het enige antwoord is dan: opschorten.
Wethouder VAN YPEREN zegt dat de nota is geschreven op basis van ambtelijk advies. Hij zegt
de raad toe te zullen natrekken hoe dat advies hier gekomen is.
De VOORZITTER denkt dat het goed is de procedure op te schorten, als de raad daarmee kan
instemmen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld, met inachtname
van bovengenoemde aanvulling.
7. AANBIEDING GEMEENTEREKENING 1995.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
8. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN HET BESTEMMINGSPLAN "KAM-
PEERHOEVE DE OUDE BEEKHOEK" (ULVENHOUT).
De heer VAN DER WESTERLAKEN had aanvankelijk wat bedenkingen tegen dit plan vanwege
de nabijheid van de ecologische beek en de overlast voor de nabijgelegen woningen. Het ziet er
echter naar uit dat deze problemen op een adequate manier zijn aangepakt. Ook de PPC kon onder
een aantal voorwaarden instemmen en hij heeft de indruk dat daaraan is voldaan. Hij kan dus
meegaan met dit voorstel.
De heer MARTENS gaat accoord met het voorstel. Hij wil nog even kwijt dat het verslag van de
hoorzitting perfect is uitgekomen en dat ook de positieve aspecten daaruit op een goede manier
verwoord zijn in de verordening.
De heer ZWIJNENBURG gaat namens zijn fractie accoord met het voorstel. Hij ondersteunt de
opmerking van de heer Martens ten aanzien van het verslag. Wel heeft hij het gevoel dat hetgeen
we nu vaststellen, bij het volgende agendapunt mogelijk weer wat ondergraven wordt. Misschien
behoeft de notitie die we dadelijk gaan behandelen op dit punt wat aanpassing.