De heer VAN DE PUT komt nog even terug op de seizoenarbeid. Hij vraagt of hier nu sprake is
van categoraal inkomensbeleid. Ligt het initiatief bij de gemeente of bij de bijstandstrekker?
Wethouder ROPS zegt dat de regeling nog gepubliceerd zal worden. Het initiatief ligt overigens
bij de bijstandstrekker.
De VOORZITTER zegt dat we hier nieuw rijksbeleid uitvoeren. Dat zal ook in de publicaties
vermeld worden.
14. RONDVRAAG EN SLUITING.
De heer ZWIJNENBURG vraagt aandacht voor de slechte toestand van de trottoirs. Daar komen
erg veel klachten over binnen. Hij stelt voor daar extra aandacht aan te besteden en daar ook extra
geld voor uit te trekken. De kosten zouden volgens hem gedekt kunnen worden uit het rekening
overschot algemene dienst 1995.
De VOORZITTER merkt als portefeuillehouder financiën op dat de heer Zwijnenburg wel erg
voorbarig is met het opsouperen van het rekeningoverschot. Het lijkt haar beter even de voorstel
len van het college af te wachten.
De heer ZWIJNENBURG zegt dat het de bedoeling was het college wat ideeën aan de hand te
doen.
Wethouder VAN YPEREN merkt op dat een aantal trottoirs op het programma staat om te worden
opgeknapt. Het betreft hier herbestratingswerkzaamheden, waarbij tegelijkertijd de trottoirs
worden aangepast. Daarvoor is ook geld uitgetrokken. Een aantal slechte trottoirs zit dus al in het
budget voor dit jaar. De Brigidastraat en de Kloosterstraat bijvoorbeeld worden op termijn
volledig aangepakt. Ten aanzien van de overige straten zal worden bekeken wat eventueel nog
mogelijk is. Het initiatief van de heer Zwijnenburg zal hij zeker meenemen.
De heer ZWIJNENBURG merkt op basis van zijn informatie op, dat het hem beter lijkt te
inventariseren waar het niet nodig is.
Wethouder VAN YPEREN zegt dat hij dan inderdaad de rekening algemene dienst helemaal zal
moeten plunderen.
De heer ZWIJNENBURG wacht de college-voorstellen af.
De heer GOOS constateert dat ten aanzien van een aantal zorg- en hulpdiensten in Nieuw-
Ginneken veel mensen slecht op de hoogte zijn van de aanwezige mogelijkheden en de bereikbaar
heid. Hij vraagt zich af of het niet zinvol is het hele scala aan zorg, eventueel inclusief de
bijstand, aan te bevolking te presenteren, bijvoorbeeld op de wijze van de milieudag.
Wethouder ROPS is het wel enigszins met de vraagstelling eens, maar wijst op de wekelijkse
publicaties, onder andere van de RSWO. Daarin staat alle benodigde informatie vermeld. Ook op
vergaderingen van bonden voor ouderen wordt een en ander regelmatig besproken.
De heer GOOS merkt op dat regelmatig blijkt dat desondanks hele groepen mensen niet bereikt
worden. Misschien wordt het niet gelezen of wordt de informatie te uitgebreid aangeboden.
Vandaar dat hij naar andere mogelijkheden zoekt om het allemaal nog eens duidelijk en overzich
telijk naar voren te brengen.
Wethouder ROPS kan zich voorstellen dat er via de RSWO een duidelijke huis-aan-huis folder
gemaakt wordt. Het is alleen de vraag of die dan weer gelezen wordt.
13