GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN
X X
V X
Raadsvergadering
Onderwerp
8 oktober 1996
Voorstel tot deelname in de Streek-
commissie Zuidelijk Markgebied.
Agenda Nr.
13
KlassNr
-1.731.2
Ulvenhout, 24 september 1996.
Aan de Raad,
Het Zuidelijk Stroomgebied van de Mark is een van de delen van
Brabant waar t.g.v. de kleinschalige verweving van landbouw en
natuur de problematiek op het gebied van natuur, milieu en
ruimtelijke ordening in hoge mate speelt en een geïntegreerde
aanpak vergt. Zowel in het Streekplan als in het Waterhuishou
dingsplan van de provincie wordt aangegeven dat de aanpak van
deze problematiek een belangrijk aandachtspunt is. In het
Provinciaal Natuurbeleidsplan (1995) heeft een en ander zijn
weerslag gevonden door de aanwijzing van een groot deel van het
Zuidelijk Stroomgebied als een van de vijf zg integrale voor-
keursgebieden in Noord-Brabant. Tevens is het stroomgebied van
de Mark aangewezen als een van de provinciale milieustimule
ringsgebieden waar hoge prioriteit wordt toegekend aan plannen
van aanpak en uitvoering van maatregelen. Dit houdt o.a. in dat
gelden die beschikbaar zijn in het kader van de bijdragere
geling Gebiedsgericht Milieubeleid (BGM) door de provincie met
voorrang in onder meer het Zuidelijk Stroomgebied van de Mark
worden ingezet
Uitwerking en uitvoering van het vastgestelde beleid vindt
reeds plaats in verschillende samenwerkingsverbanden zoals het
bestuursaccoord Chaamse Beken, het convenant ZSM en het recen
telijk opgerichte Agrarisch Platform de Baronie.
Door de groeiende aandacht voor beleidsuitvoering bij een groot
aantal partijen ontstaat er een steeds grotere kans op overlap
en divergentie, waardoor de effectiviteit van en het draagvlak
voor de genomen/te nemen maatregelen nadelig beïnvloed kunnen
worden
De bij verschillende organisaties levende wens om te komen tot
onderlinge afstemming en bundeling van uitvoeringsprojecten
heeft geresulteerd in een Bestuurlijk Overleg Zuidelijk Markge
bied, waarbij naast de stuurgroep ZSM ook de dienst Landinrich
ting en Beheer Landbouwgronden, de provincie, het Agrarisch
platform de Baronie en de Recron betrokken waren. In dit