op kan uitoefenen dat een van de twee milieustraten die er in Breda gaan komen, een beetje onze richting uit gesitueerd wordt. Dat zou plezierig zijn voor onze inwoners. Wethouder VAN YPEREN zegt dat daarover nog geen besprekingen zijn gevoerd. Overigens denkt hij dat Galder dienaangaande toch naar de Groene Gemeente zal moeten. Mevrouw VONK stelt dat haar partij zich hier met name zorgen maakt voor de mensen van Ulvenhout en Bavel. Wethouder VAN YPEREN weet dat Breda hierop een eigen beleid wil voeren en bereid is daarbij ook de regio's te betrekken. Er is echter nog niets duidelijk. De VOORZITTER vult aan dat het college bij verdere besprekingen het advies van mevrouw Vonk graag zal meenemen. Ten aanzien van de ingekomen stukken wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld. 4. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN WAPENS VOOR DE DORPEN BAVEL. GALDER. STRIJBEEK EN ULVENHOUT. De VOORZITTER merkt vooraf op dat de koe van Bavel er volgens het college nogal hups uitziet. Men is van mening dat hiervoor in de plaats de koe moet komen die ook in het gemeente wapen van Nieuw-Ginneken staat, met daarbij ook de groene ondergrond. De heer PLATZBEECKER ondersteunt de keuze voor een minder geproportioneerde koe in het dorpswapen van Bavel. In het verlengde van dit agendapunt vraagt hij of het college al plannen heeft uitgewerkt waar de wapens uiteindelijk ondergebracht zullen worden. De heer WILLEMSEN heeft enkele opmerkingen. Hij is het eens met de voorzitter waar het de koe van Bavel betreft, hoewel hij vindt dat ook de koe uit het gemeentewapen niet zo'n denderend geval is. Het wapen voor Galder vindt hij erg onpersoonlijk. Het geeft geen enkele herkenning. Galder is het dorp van St. Jacob en wanneer de ontwerper de geschiedenis enigszins had bestudeerd, zouden in dat wapen drie schelpen hebben gestaan, de Jacobsschelpen. Ten aanzien van het wapen voor Strijbeek neemt hij aan dat de daarin opgenomen jachthoorn in relatie gezien moet worden tot Hubertus. Hijzelf had hier liever de andere kant van Hubertus gezien, niet de jager, maar de bekeerde Hubertus. De leeuw in het wapen van Ulvenhout heeft naar zijn mening niet zo lang meer te leven; die valt van ellende bijna in elkaar. En het rooster wat ernaast is afgebeeld ziet eruit alsof Laurentius erdoor gezakt is. Hij vindt het geheel ook wat kinderachtig getekend. De ontwerpen van de Noordbrabantse Commissie voor Wapen- en Vlaggenkunde vallen hem toch wel wat tegen. De heer VAN DER WESTERLAKEN ondersteunt het betoog van de heer Willemsen. Hij geeft de voorkeur aan het Laurentius-rooster uit het originele wapen. De VOORZITTER zegt dat het college deze ontwerpen heeft laten maken in het vertrouwen dat de mensen van die commissie daarvoor deskundig zijn. Zij acht de opmerking van de heer Van der Westerlaken terecht; ook het college geeft de voorkeur aan het rooster uit het originele wapen. De suggestie van de heer Willemsen ten aanzien van het wapen voor Strijbeek dient naar haar oordeel verder besproken te worden. Zij vraagt naar de gevoelens hieromtrent van de overige raadsleden. De heer PLATZBEECKER denkt dat de heer Willemsen op het goede spoor zit.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 521