Er zijn volgens hem goedkopere oplossingen te vinden. Hij heeft minder bezwaren tegen de toneelaccommodatie. Hij vraagt om te bestuderen of er niet een goedkopere oplossing kan worden gevonden voor de biljarters en geeft het voorstel zijn zegen. De heer PLATZBEECKER stelt de heer Van de Put voor om eens een keer naar de biljarters te gaan. Dat zou volgens hem zijn oordeel veranderen. Mevrouw VONK vindt het toneel ook een goede zaak. Het voorstel vindt ze verder niet erg goed onderbouwd, maar is gezien het moment genegen dat maar voor lief te nemen. De heer POSTHUMA mist overduidelijk de onderbouwing. Hij denkt dat er voor de biljar ters een betere technische oplossing mogelijk moet zijn, die ook nog goedkoper is. De belangstelling voor het toneel vindt hij ook niet echt onderbouwd. Zo is hij er niet van overtuigd dat dit goed besteed geld is en hij zal derhalve tegen het voorstel stemmen. De heer ZWIJNENBURG wijst ook op de buitenkant van het gebouw. Die krijgt volgens hem wat te weinig aandacht. Hij vindt dat de architect kans heeft gezien een oplossing te vinden die mooi past. Hij zou het logisch vinden dat de monumentencommissie alsnog advies uitbrengt over de uitwendige aanpassingen. Hij blijft moeite houden met het gedeelte waar de biljarts zijn geplaatst. Hij kan zich wel vinden in de plaats waar de biljarts gesitu eerd zijn, maar beveelt een onderzoek aan naar de constructieve aspecten van de aanpassing. Hij heeft bezwaren tegen de gang van zaken waarbij eerst een lift is aangebracht, terwijl die ruimte nu voor iets anders wordt gebruikt. Zijn bezwaar richt zich met name tegen de manier waarop hier met overheidsgeld wordt omgegaan. Hij is bereid om het krediet be schikbaar te stellen, mits aan zijn voorwaarden wordt voldaan. Wethouder ROPSis het allereerst eens met de opmerkingen over het roken. De opmerking over het probleem met instabiele biljarts zal hij nadrukkelijk erbij betrekken. Hij erkent dat er daar problemen zijn. Hij verwacht ook dat er meer gebruik gemaakt zal worden van het toneel dan 19 keer. Er is in dit gebied veel vraag naar een dergelijke accommodatie. Hij wil best kijken of het nog beter kan, maar stelt dat de situatie niet kan blijven zoals die nu is. De monumentencommissie zal nog betrokken worden, tenminste bij de stal en het huis. De lift wordt volgens hem wel degelijk nuttig gebruikt. De heer GEERTS merkt op dat de gesprekspartner hier het bestuur van de stichting is. De heer VAN DE PUT vraagt of het niet verstandig is om eerst de monumentencommissie te laten kijken en dan pas de techniek te bezien. De VOORZITTER zegt dat haar dat ook logisch voorkomt. Zij stelt voor in te stemmen met het voorstel, onder de voorwaarde dat nog eens expliciet naar de constructie van de biljar truimte gekeken wordt en dat de monumentencommissie accoord gaat. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld, met in achtname van de gemaakte opmerkingen en met de aantekening dat de heer Posthuma geacht wil worden tegen het voorstel te hebben gestemd. 13. VOORSTEL OM EEN KREDIET BESCHIKBAAR TE STELLEN VOOR UITBREIDING VAN DE AULA EN DE RECREATIERUIMTE VAN VER ZORGINGSTEHUIS DE DONK. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorge steld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 584