Wat in aanleg aanwezig is, wat bij de geboorte is meegegeven, dat verdwijnt niet. De eigen
identiteit en cultuur van genoemde kerkdorpen kan niemand ons afnemen. Met eenzelfde
energie, die onze leefgemeenschap de afgelopen jaren ten toon heeft gespreid zal via dorps
raden voor behoud van de eigenheid zorg worden gedragen. En wel op een zodanige wijze dat
anderen van ons zullen gaan zeggen: zo moet het eigenlijk. Ik geef en blijf gaaf, oftewel: wij
blijven veel geven om gaaf te blijven. En mevrouw de voorzitter, deze gedachten speelden
door mijn hoofd toen ik die zaterdagavond de gemeentekrant zag. Nog 17 dagen, Nieuwjaar
zal anders zijn en nooit meer worden zoals het was. Ik dank u wel.
De VOORZITTER geeft nu het woord aan de vertegenwoordiger van het CDA, de heer Goos.
De heer GOOS: Dames en heren, voorzitter, u hebt ons gevraagd terug te willen blikken op
55 jaar Nieuw-Ginneken en tevens een toekomstperspectief te schetsen voor de periode na 1
januari, maar wel in 5 minuten. Een moeilijke opgave, omdat over zo'n periode wel een hele
avond te vullen is. Ik realiseer me dan ook dat ik me daarom tot hoofdlijnen moet beperken.
Ik ga toch terug naar het begin, 1 januari 1942, een roerige tijd: Nederland bezet. Enkele
dagen zelfs voor die 1ste januari de aanval op Pearl Harbour, waardoor de oorlog een
wereldoorlog werd. In die periode moest de gemeente Ginneken en Bavel, Ginneken afstaan
aan Breda, en ontstond de gemeente Nieuw-Ginneken. Uit de mooie fotoweergave in de laatste
gemeentekrant is te zien, wat er in die afgelopen 55 jaar is veranderd. De luchtfoto's van
Ulvenhout en Bavel bijvoorbeeld, laten dorpen zien, welke bestonden uit slechts enkele
straten, met een lintbebouwing. Inmiddels zijn deze dorpen uitgegroeid tot mooie kernen,
waar het goed toeven is, en welke hun dorpse karakter hebben weten te behouden. Ook in
bestuurlijk opzicht is er in die periode veel veranderd. Neem bijvoorbeeld de samenstelling
van de raad. De eerste raad bestond vooral uit agrariërs, en niet uit ambtenaren of VUT-ters.
De huidige- en tevens laatste raad, bestaat voornamelijk uit ambtenaren en VUT-ters ,en kent
geen agrariërs meer. Dit is overigens alleen een constatering, maar zeker geen waardeoordeel.
Het taalgebruik is in die jaren ook nogal gewijzigd. Wat denk je van uitspraken als: "Ikke en
de burgemeester"? Dat hoor je niet meer. En wat te denken van de discussie rondom de
Galderse Meren, waarbij wethouder Oomen zei: "Een naaktstrand realiseren? Mij goed, als ze
maar onder water blijven." Uiteraard is in dit huis veel meer moois verteld, maar deze
legendarische uitspraken wilde ik u niet onthouden. In de diverse raden zijn ook allerlei
groeperingen vertegenwoordigd geweest. Desondanks kan geconstateerd worden, dat de
samenwerking in de diverse raden over het algemeen in redelijk goede harmonie plaatsvond.
Een kenmerk welk ik wel eens mis, bij raden buiten onze gemeente. Niet in de laatste plaats is
dit, naar mijn mening, ook te danken aan de voorzitter. Ook de samenwerking tussen de raad
en de ambtenaren dient hierbij genoemd te worden. In de overigens vrij korte periode dat ik in
de raad heb gezeten, heb ik deze samenwerking met deze ambtenaren ook als bijzonder
positief ervaren. Zomaar op een willekeurig moment bij een ambtenaar binnenlopen, en dan
zo uitvoerig mogelijk worden geïnformeerd, is een groot voorrecht. Dat zal in de toekomst
door de raadsleden in Breda nog wel eens gemist worden, denk ik. Het is dan ook prettig te
vernemen, dat alle ambtenaren inmiddels zijn geplaatst in Breda, al zijn enkelen niet op de
plaats terechtgekomen die zij wensten. Voorzitter, ik wil met u ook nog even vooruitkijken
naar de tijd die komen gaat, al valt hierover niet alles te zeggen. Er zijn optimisten en
pessimisten. Ik ben niet pessimistisch, maar wel enigszins bezorgd. Ik ben bezorgd om de
geringe interesse in de politiek welke bij de burger bestaat. Dit bleek onder andere weer uit de
lage opkomst bij de laatste verkiezingen in Breda. Dit, terwijl de meeste mensen toch wensen
en ideeën genoeg hebben over hoe het allemaal nog beter zou kunnen gaan. Ik leid hieruit af,
voorzitter, dat er op zich de behoefte tot overleg en meedenken bij de burger wel bestaat,
maar dat hij de afstand tot de bestuurder kennelijk toch te groot ervaart. Hier ligt naar mijn
mening dan ook een belangrijke taak voor onze nieuwe raadsleden. In de gemeente Alphen en
Chaam, overigens, lag dat anders. Daar was een goede opkomst, en leefden de verkiezingen
veel meer. Daarnaast blijkt overigens, dat daar zelfs de burgemeesters in de rij staan om
benoemd te willen worden. Voorzitter, ik ga afronden om mij aan de afgesproken termijn te
houden. Ik wil dit echter pas, doen nadat ik, namens de fractie van het CDA, iedereen heb
bedankt, die zijn vertrouwen in de afgelopen periode aan ons heeft geschonken.
Daarnaast willen wij, u als voorzitter en de overige raadsleden, danken voor de prettige
manier van samenwerken. Het gaat u allen goed.