waarin uitvoerig wordt ingegaan op mogelijkheden en onmogelijkheid, alsook op de kosten van
een en ander.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda en staande de vergadering nader
is voorgesteld.
9. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VOOR
DE BOUW VAN EEN GESLOTEN BERGBEZINKBASSIN EN HET UITVOEREN
VAN EEN OPTIMALISATIE-STUDIE VAN HET RIOLERINGSPLAN VOOR
BAVEL.
De heer VAN GILS leest in het voorstel dat, wat het onderzoek betreft, niet bij voorbaat vaststaat
dat die gesloten berging de oplossing biedt. Toch stelt het college voor beide kredieten tegelijk te
voteren, met als enige argumentatie dat er dan vlotter doorgewerkt kan worden. Dat argument
acht hij voor het beschikbaarstellen van een krediet van 942.000,— erg mager.
De heer ADRIAANSEN zegt namens zijn fractie het op prijs te stellen, zodra de optimalisatie
studie voorbij is, op de hoogte gesteld te worden van het resultaat en de eventuele consequenties.
Wethouder VAN YPEREN stelt dat de Bavelse Leij zijn afvalwater krijgt aangeboden van onze
gemeente. De noodzakelijkheid om dienaangaande maatregelen te treffen wordt ons mede
opgelegd door het Hoogheemraadschap. Het staat dus vast dat daar een bergbezinkbassin komt.
We praten dus slechts over de vorm, de grootte en de manier waarop. Willen we die zaak snel
realiseren, dan acht hij het verstandig nu het krediet te voteren en de raad op de hoogte te houden
van de invulling daarvan, eventueel aangepast aan het onderzoek. Opnieuw terugkomen bij de raad
voor het tweede krediet zou de snelheid eruit kunnen halen. Het is tenslotte een kwestie van
kiezen; uitvoeren moeten we in ieder geval.
De heer VAN GILS is niet overtuigd. Hij stelt voor het onderzoek af te wachten en over een
maand indien nodig het krediet te voteren.
Wethouder VAN YPEREN ziet niet in wat de heer Van Gils daarmee wil bereiken. De kosten
komen er sowieso aan en wanneer de raad teveel voteert, dan vloeit dat toch weer terug.
De heer VAN GILS merkt op dat uit een oogpunt van zuiver budgetbeleid kredieten pas gevoteerd
dienen te worden op het moment dat ze nodig zijn. Anders kun je aan het begin van het jaar wel
gewoon alle kredieten ineens goedkeuren.
Wethouder VAN YPEREN zegt dat ook de studie in het te voteren krediet zit. Een en ander zal
dan gescheiden moeten worden. Als de raad aan die manier de voorkeur geeft, is dat voor hem
geen probleem.
De heer VAN GILS zou er nog vrede mee kunnen hebben als de wethouder met een betere
argumentatie was gekomen dan alleen het vlotter doorwerken.
Wethouder VAN YPEREN heeft geen andere argumentatie. Hij wil graag met resultaten bij de
raad terugkomen, maar wil intussen graag doorwerken. Terug naar commissie en raad zou kunnen
betekenen dat de zaak dit jaar niet meer rond komt. Het is echter aan de raad om daarover te
beslissen.
De heer POSTHUMA deelt de opvatting van de heer Van Gils, die naar zijn mening erg zuiver is.
Hij gaat graag accoord nu met het voteren van een krediet voor het onderzoek.
9
