De heer VAN DE PUT is het met enige tegenzin eens met de heer Van Gils. De heer ZWIJNENBURG twijfelt nog. Hij vindt het voorstel van de heer Van Gils erg zuiver. Aan de andere kant vindt hij het voorstel van de wethouder erg praktisch. Hij kiest voor het laatste. De heer MARTENS kiest, evenals de heer Zwijnenburg, voor de praktische benadering, teneinde tijdverlies te voorkomen. Hij constateert dat het college dus terugkomt met de exacte bedragen. Wethouder VAN YPEREN stelt voor de commissie volledig te berichten over de onderzoeksresul taten en bij die gelegenheid tevens de voortgang en de manier van aanpak te bespreken. De heer ADRIAANSEN kan accoord gaan met het voorstel, mits de resultaten en de consequen ties van het onderzoek zo snel mogelijk bekend worden. De VOORZITTER constateert dat de meerderheid van de raad accoord gaat met het voorstel. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld. De VOORZITTER schorst de vergadering voor een pauze van tien minuten. De VOORZITTER heropent de vergadering en stelt aan de orde: 10. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE AANLEG VAN DE CARPOOLPLAATS AAN DE CHAAMSEBAAN TE ULVEN HOUT. Wethouder VAN YPEREN wijst erop dat vanavond uitsluitend voorligt het krediet voor de aanleg van de carpoolplaats. Hoewel in de commissie bleek dat de meerderheid zich kon vinden in de aanleg van een carpoolplaats, tekende zich daar tevens een meerderheid af om deze aan te leggen aan de Ulvenhoutse kant van de rijksweg. Besloten is te onderzoeken of aan de Chaamse kant van de rijksweg een alternatief gevonden kan worden. De betrokken gedeputeerde heeft zich bereid verklaard daarover mee te denken. De volledige tekening is naar de provincie gestuurd en we wachten nu de mening van de gedeputeerde af. We praten dus nu uitsluitend over het krediet. Zoals we met elkaar hebben afgesproken zal in de volgende VROM-vergadering het besluit vallen. Het krediet waar we nu over praten is nodig voor de aanleg van de carpoolplaats. Daar het hier een initiatief van de provincie betreft, kunnen we het krediet straks rechtstreeks bij de provincie declareren. De heer VAN GILS verwijst naar het vorige voorstel en stelt dat een krediet altijd ergens voor is. Hij zag het dan ook graag gekoppeld aan een plaats. Ten aanzien van ingekomen stuk n. merkt hij op dat hij daar argumenten in leest die we indertijd zelf gebruikt hebben toen we spraken over de aanleg van een bedrijventerrein. Hij is overtuigd van het nut van een carpoolplaats en wil met liefde en plezier het krediet voteren, mits er duidelijkheid is over de plaats. Het is hem niet helemaal duidelijk wat de wethouder bedoelt als hij zegt we komen er in de volgende commissie op terug. Hij heeft begrepen dat het geld al bij de gemeente is en dat het alleen een kwestie is van ter beschikking stellen. Wat dat betreft accoord, mits we het eens zijn over de plaats, eerder niet. Wethouder VAN YPEREN stelt dat in de commissie VROM ondubbelzinnig een duidelijke lijn is afgesproken. Deze discussie is geparkeerd tot de volgende commissie VROM. Op dat moment zullen alle gegevens bekend zijn, zodat er een besluit genomen kan worden. Hij acht het bovendien niet zinnig vanavond over de plaats te praten, daar de onderzoeksresultaten van de provincie noch van de politie op dit moment beschikbaar zijn. 10

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 74