inkomens zijn voor deze gêneente normaal te aohten Wij meenen te mogen veronderstellen, dat de tegenwoordige toe stand ongeveer gelijke uitkomst zou geven. Wanneer men de cijfers van "beide schalen vergelijkt, dan blijkt daaruit, dat de kleinste en de grootste inkomens door toepassing van de schaal van de heeren Sprenger en Van den Hurk worden oitlast, De belastbare inkomens beneden 1500 genieten daarvan eenig voordeel. De druk voor belast bare inkomens ban f 1500.- en 1600.- is bij beide schalen ongeveer gelijk. Bij belastbare inkomens van 1700.- be gint eene geleidelijke verzwaring van druk bij toepassing van de schaal van de heeren Sprenger en Van den Hurk. Die verzwaring gaat geleidelijk door tot inkomens van 9000.-. Bij inkomens van meer dan f SOQG-- bagint a«> arviir lijke te verminderen. Een belastbaar inkomen van 34560.- geniet eenig voordeel door toepassing van de schaal van de heeren Sprenger en Van den Hurk. Het hoogste belastbaar inkomen in deze gemeente zou door deze schaal een voordeel genieten van f 330.-. Wij zouden met deze verandering niet kunnen sympathi- seeren. Eene verlichting van de kleinste inkomens zouden wij gaarne aanvaarden, mits de last niet hoofdzakelijk wordt gelegd op de middelmatige inkomens. Bij de voorge stelde schaal zou de verzwaring van lasten hoofdzakelijk worden gelegd op den middenstand; de grootste inkomens zouden een aanmerkelijk voordeel genieten. Hierbij moet niet uit het oog worden verloren, dat onder de bezittesrs van de allerkleinste inkomens, welke door de voorgestelde schaal zouden worden ontlast, vele dienstboden en andere ongehuwde personen voorkomen. Hoewel wij ook tegen vermin dering van belasting voor deze personen geen bezwaar hebben is eene ontlasting voor gezinnen naar onze meening meer ge- wenscht. Overigens is het o.i. ook zeker, dat onder degenen, die een belastbaar inkomen hebben van minder dan 1500.-, meerdere gezinshoofden voorkomen. Naar onze meening zou het om bovengenoemde redenen niet gewenscht zijn de schaal van de heeren Sprenger en Van den Hurk te aanvaarden. Wij laten echter de beslissing daarover aan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 121