6. tal juist zijn. Op grond van artikel 72 der Wet op het lager onder wijs 1920 zullen dus door de gemeente de kosten van de schoolbanken en leermiddelen behooren te worden vergoed. Het verzoek iswaarschijnlijk abusievelijk,gedag- teekend 2 October 1928;het is eerst ingekomen 3 November 1928. Naar aanleiding van de gehouden bespreking in de vorige vergadering kan door ons het navolgende worden me degedeeld. Het feit,dat blijkbaar in andere gemeenten eene onjuiste toepassing van de lager onderwijswet heeft plaats gehad,ontslaat de gemeente niet van de verplichting om de kosten voor uitbreiding te vergoeden.Artikel 72 der wet laat daaromtrent niet den minsten twijfel.De onjuiste toe passing is geschied bij de berekening der kosten,welke de gemeenten aan de bijzondere schoolbesturen moeten vergoe den. De kosten voor uitbreiding aan de openbare school zou den, indien daarvoor althans een norm zou kunnen worden aangelegd,bij de berekening der jaarlijks te betalen ver goeding buiten beschouwing moeten blijven.Hieromtrent zou, des noodig,eene beslissing kunnen worden uitgelokt. Het verzoek van het "Schoolfonds voor Heusdenhout" vindt ech ter steun in de wet en behoort alzoo te worden ingewilligd. Het beschikbaar stellen van een bepaalde som,zoo als door adressanten wordt gevraagd,acht en wij niet juist. Door de gemeente behooren de kosten van aankoop,zooals di in werkelijkheid zullen zijn,te worden vergoed.Door ons zal dan worden nagegaan,dat de uitgaven blijven binnen de perken van redelijkheid.Wellicht zou te voren door het Schoolbestuur met ons College overleg kunnen worden ge pleegd. Wij stellen den Raad voor de hoodige gelden be schikbaar te stellen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1928 | | pagina 105