premie bezwaarlijk te zijnen laste worden gebracht. Thans
zijn daaraan voor hem evenmin kosten verbonden.
Wij stellen dan ook voor de premie voor de verzekering
van den boekhouder van het water- en electriciteitsbedrijf
voor rekening der gemeente te nemen en wel van den aanvang
af
voorts is door ons overwogen of het noodig is eene be-
roovings- en oneerlijkheidsverzekering aan te gaan.
Wij achten echter eene dergelijke verzekering voor den
ontvanger niet noodig en te kostbaar. De gelden, welke
rechtstreeks door den ontvanger worden ontvangen, vertegen
woordigen slechts een gering bedrag. Alle rijksuitkeeringen,
geldleeningen enz. worden gestort of kunnen worden gestort
op de Bank voor Nederlandsche Gemeenten. Alleen bij conver
sie van obligatieleeningen kunnen grootere bedragen door
hem worden ontvangen, doch daarop is weinig uit zichtBe
talingen tot een hooger bedrag dan 7000.- niet door be
middeling der Bank komen slechts zelden voor. Wanneer men
berekend moet zijn op alle mogelijkheden in de toekomst,
dan zou de verzekering tot een aanzienlijk bedrag moeten wo:
den gesloten. Verzekering van een bedrag van lOcOOO.- zal
jaarlijks^ de som van plus minus 600.- aan de gemeente
kosten. Dit achten wij bezwaarlijk.
Hetzelfde geldt- voor den boekhouder van het water en
e lectriciteit sbedri jfDeze is verplicht hetgeen boven het
bedrag van 2000.- in kas is, te stonten bij den gemeente
ontvanger. Wijl geregeld degelijk^ accountantsonderzoek
plaats heeft, bestaat weinig gevaar voor fraude in de boe
ken.
De bedragen, welke de ambtenaren ter secretarie van de
ontvangen legesgelden onder zjch hebben, zijn gering. Drie!'
maandelijks worden die afgedragen. Wanneer daar fraude
mocht plaats hebben, zal dit meestal wel op hun wedde kun
nen worden verhaald.
V/el