9 Met deze omstandi jheid moet voor 193® a3-s overgangstoestand rekening worden gehouden; daar is niet aan te ontkomen De Commissie zou er volstrekt geen bezwaar in zien, wanneer in 1931 mocht blijken, dat de benoodigdhEdsn geldén voor 1932 niet geheel kunnen worden verkregen door heffing van opcenten op de gemeentefondsbelasting; het laat zich echter aanzien, dat dit wel zal kunnen - of dat dan te veel belasting naar het beginsel van draagkracht zou moeten worden geheven, om dan over te gaan, hetzij tot verhooging van öpcenten op de grondbelasting, hetzij tot het wederinvoeren van opcenten op de personeele belasting, hetzij dat beide stelsels zouden worden toegepast t Het systeem, dat voor 193^ ^al worden toegepast, kan nu een maal niet gehandhaafd blijven. De Commissie is van oordeel, dat voor 1931 niet meer dan noodig is mag worden afbreuk ge daan aan de tot dusver bestaande verhouding tusschen heffingen naar den uiterlijken staat en naar het beginsel van draag kracht Voorts is de Commissie van oordeel, dat voor 1931 niet meer belasting mag worden geheven dan voor dat $aar benoodigd is. Wanneer we den toestand voor 1932 en volgende jarsh onder X het oog zien, dan mag ook rekening worden gehouden met de om standigheid, dat de verschillende ontvangsten steeds stijgen de zijn. Door toename der bevolking stijgen de uitkeeringen uit het gemeentefonds, terwijl ook, tengevclge van die toename en snellen aanbouw in de gemeente eene voortdurende en zelfd sterke stijging is waar te nemen in de opbrengst der belastin gen, zooals personeele belasting, grondbelasting en rijksin komstenbelasting De stijging dezer laatste belasting is wwer van invloed op de opbrengst der opcenten op de gemeentefonds belasting Zooals hiervoor aangetoond, zal voor 1932 moeten worden voor zien in een groot er bedrag dan voor 1931 lie"t is thans even wel niet te bepalen, hoe dat zal moeten geschieden, terwijl ook het uitzicht bestaat, dat de financieele toestand niet ongunstig zal wezen In de vergadering onzer Commissie van Augustus 1930» waarin dit rapport werd samengesteld, werd ons vanwege Uw Col lege ter hand gesteld een brief d.d. 28 Juli 193^ van het Hoofdbestuur van den NoordbrabantschaiChristelijken Boeren bond, waarin wordt verzocht te willen overgaan tot afschaffing van de opcenten op de hoofdsom der grondbelasting ongebouwde eigendommen Met het oog op den crisis van den landbouw achten wij afse-kaf" schaffing van die opcenten wel gewenscht ïfaar ons is medegedeeld bedraagt de opbrengst daarvan f 600. Hoewel het bedrag betrekkelijk gering is, behoort het als pogin,' ging om eenigen steuö aan den landbouw te verleenen, niet te xrs wordeh versmaad Overigens zal het op de financiën der ge meente ran niet veel invleod zijn. De Heer Sprenger was in deze vergadering wegens uitstedigheid niet aanwezig De Commissie adviseert Uw College in eene raadsvergadering te houden in de maand Augustus, de voorstellen te doen, zooals hiervoor zijn aangegeven, terwijl zij dan later gaarne voor stellen zal doen ten aanzien van de heffing van opcenten op de gemeentefondsbelasting SCHOOLGELD

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 126