5 in de richting van de belastingen, welke naar het beginsel vso den uiterlijken staat worden geheven, niet gewenscht acht De Heer Sprenger merkt op, dat hij de regeling van het schoolgeld de stemmen hebben gestaakt over de vraag, of het beginsel van Burgemeester en Wethouders dan wel het begin sel van de Heeren Sprenger, Loerakker en Brinkerhof zou r - den ingevoerd; hij zou te dien opzichte gaarne de namen kennen 0 Daartegen bestaat volstrekt geen bezwaar. Voor liet voorstel van Burgemeester en Wethouders stemden de Heeren Oomen en Verdaasdonk; voor het voorstel van de Heeren Sprenger0 Loerakker en Brinkerhof stemden de Heeren Loerak ker en van Eyl Dat zal overigens in de Raadsvergadering wel tot uiting komen. De Heer Sprenger zegt, dat er in de Commissie inderdaad eene meerderheid is voor laatstbedoeld voorstel 'Niemand zal er aan twijfelen, dat de Heer Spren? ger, ware hij in de vergadering geweest, voor zijn eigen voorstel zou hebben gestemd, ingezien dit echter niet het geval was, heoben inderdaad de stemmen gestaakt, omdatjz$ de stem van een afwezige nooit in aanmerking kan kismm worder- genomen De Heer Sprenger verklaart ondergeteekenden onmachtig hun taak naar behcoren uit te voeren, omdat geene regeling is ent-vang-en-y welke voor eene verdere toekomst geheel onge wijzigd kan gehandhaafd blijven Wij zullen daarom eene beschouwing uö. jden aan de concrete voorstellen, waar het dar toch eigenlijk op aan komt, van den Heer Sprenger De Heer Sprenger schrijft in zijn brief van 3 Augustus j1"Oeenszir

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 136