10 van uitzondering zou worden overgegaan, dan zou dat reeds moeten geschieden bij het vaststellen der begrooting voor 1932, wat einde 1931 plaats heeft En hoe zou men einde 193^ goedkeuring kunnen verkrijgen op eene begrooting, waarbij reeds wordt beschikt over het batig saldo van de rekening van 1931, dat eerst in de tweede helft van 1932 bekend wordt en waarvan dus bij het vaststellen der begrooting voor 1932 nog niets bekend is Wanneer echter van het onmogelijke word uitgegaan en wordt aangenomen, dat die begrooting toch zou worden goedgekeur-", wat is er dan nog bereikt Dan zou im mers 1932, waarvoor ook het belastingsste" sel zou gelden, dat voor dat jaar voldoende moet opleveren, weer over te veel middelen beschikken en zou dit jaar weer een groot batig slot opleveren, hetwelk zou komen ten bate van 193^" Het stelsel van den Heer Sprenger achten wij onaanvaard baar De nieuwe wettelijke regeling is oorzaak, dat, zooals het zich nu laat aanzien, 1931 voor de gemeente Ginneken en Bavel - dit is niet voor alle gemeenten het geval - in financieeljé gunstige omstandigheden zal komen te verkeeren Daar is nu niet aan te ontkomen en er behoeft daarom ook volstrekt niet te worden getreurd. Wanneer het systeem van den Heer Sprenger werd aanvaard, zouden de gevolgen echter wel geheel anders zijn. De Heer Sprenger zou blijkbaar willen invoeren eene verordening tot het heffen van opcenten op de gemeente fondsbei ast ing met een wisselenden fac^tor, telkens door de Kroon goed te keuren Daarnaast zou hij nog willen invoeren b.v. 35 opcenten op personeele de g3S®SEHi«fand3Sbe last ing tengevolge van een en ander zou, volgens de thans bestaande vooruitzichten ongeveer f 20.000 te veel worden ontvangen Onder

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 141