13. 16VERBOD VAN SLACM-,.JJEN ENZ IN DE GEMEENTE. Ingevolge artikel 26 der Vleeschkeuringswet fcan de gemeent raad verbieden het Oprichten, hebben of gebruiken van slahh terijen,penserijen, drogerijen rookeri jen, zoute rij en ven dierlijke stoffen,vetsmelterijen en inrichtingenbestemd tot bewaring of verwerking van bloed of dierlijken afval, indien de ingezetenen van de gemeente krachtens eene rege ling het bedrijf kunnen uitoefenen in een slachthuis in e e ne nabu r i ge ge mc 3 nt e Blijkens ontvangen missive van den Minister van Arbeid, Han del en Nijverheid cehooren alle slagerijen enz.uiterlijk 24 September 1931 te voldoen aan de eisc en,krachtens de Vleeschkeuringswet gesteld. Het is daarom van belang voor de slagers dezer gemeente althans eenige zelerheid te hebben of de Raad eene veror dening wenscht vast te stellen ingevolge art.26 der Vlees keuringswet.Wanneer eene dergelijke verordening wordt vast gesteld, zullen de slagers verplicht worden in het abattoir van Breda te slachten.In dat geval behfceven zij niet de kosten te maken van het in overeenstemming brengen hunner slachterijen met de voorschriften der Vleeschkeuringswet. Indien de Raad daarentegen beslist niet de bedoelde veror dening vast te stellen, dah zullen zij behooren over te gaah tot het inrichten van hunne inrichtingen naar de eischen der wet.Het is echter duidelijk, dat de Raad alleen kan beslissen,dat thans niet tot het uitvaardigen van eene verordening zal worden overgegaan; de mogelijkheid blijft steeds bestaan, dat de Raad in de toekomst een verbod tot slachten anz.uitvaardigt Waaneer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 57