33. MOTIE VAN DEN HEER BRINKERHOF. LID VAN DEN RAAD. BETREFFE"
DE DEN HEER BROUYvERS, LID VAR DEN RAAD.
Door den heer Brinkerhof is bij brief van 24 April 1930 eer
motie ingediend betreffende de handelingen van den heer
Brouwers in zake verkoop van grond aan den heer Knibbeler
Dea© aangelegenheid is in de vorige vergadering bespo
ken.
Kij blijven bij onae meening, neergelegd in het voor de
vorige vergadering uitgebracht prae-advies, dat het hier
eens aangelegenheid betreft, waarbij door één persoon eene
beschuldiging wordt uit ge sproke:-, welke door don ander wordt
ontkend en waaromtrent derhalve geen ui:spraak kan worden
gedaan.
34. RECLAME SCHOOLGELD.
Ingekomen is eene reclame tegen een aanslag in het
schoolgeld.
%ij stellen voor die reclame te behandelen in geheire
vergadering.
35. BEANTWOORDING EN BESPREKING VAN SCHRIFTELIJK DOOR 'DEN
HEER fcPRENGER GESTELDE VRAGEN EN RONDVRAAG/
Door den heer Sprenger zijn d.d. 21 Maart 1930 een
aantal vragen tot ons College gericht met betrekking tot
den bouw van scholen aan den Driesprong. Deze vragen zijn
door ons bereids beantwoord.
Op verzoek van den steller der vragen zijn die met
het door ons gegeven antwoord ter inzage gelegd, terwijl
de gelegenheid zal worden geopend daarover besprekingen
te houden.
Verder