10.
Door den Heer J.A. van Dongen wordt verzocht
1. Vergunning te bekomen voor vier dubbele landhuizen en
2. Schadeloosstelling voor het op zijn perceel gelggde
bouwverbod
Ten aanzien van het eerste punt moet worden opgemerkt,
dat door den Heer van Dongen geen bouwvergunning is aange
vraagd; in ieder geval is de termijn van beroep, welke in
artikel J0 der Bouwverordening is gesteld op dagen,
lang verstreken De door hem overgelegde schetsteekehing
kan niet als bouwaanvrage worden aangemerkt
Door de door hem voorgenomen bebouwing van vier dubbele
landhuizen zal gehandeld worden in strijd met het uitbrei
dingsplan Wij zijn niet gerechtigd daarvan afwijking
toe te staan en ook de Raad zou daartoe, zonder wijziging
van het uitbreidingsplan, niet gerechtigd zijn
Overigens zouden wij het, hoewel het minder gewenscht is,
toch niet onoverkomelijk bezwaarlijk achten, wanneer bij
iedere woning langs de zijde van de geprojecteerde straat
een ruimte bleef van 2 Meter in plaats van 6 meter
Zooals reeds werd opgemerkt, zou daardoor worden gehandeld
in strijd met het bouwverbod
Aangezien echter geen bouwaanvrage van den Heer van DÊn-
gen aan de orde is, kan aan dit deel van het verzoek be
zwaarlijk worden voldaan
Hetzelfde is het geval omtrent zijn verzoek om schadeloos
stelling
Hierbij moet in aanmerking worden genomen, dat op verzoek
van adressant de straat aldaar is geprojecteerd op het
midden van het terrein
De