11.
worden gemist en dat daarvoor de gemeente moet Pij springen*
Hoofdstuk XIII par.15 en 14-:
Volgnummers 205/205;
Vele leden maken de opmerking,dat de subsidie onder
deze volgnummers vermeld,voor het 0*L*Vrouwe Lyceum te Breda
te laag zijn.Bij een vergelijking van de kosten,die de ge
meente moet betalen voor leerlingen,die de Rijks H.B.S. of
het Gymnasium te Breda bezoeken,treft dit in sterke mate.
Een voorbeeld moge dit aantoonen.Op 15 September 1931 werd
het Gymnasium te Breda door 20 leerlingen uit Ginneken be
zocht, De gemeente moest voor deze leerlingen betalen f 5^92,80
of wel f 284-, 64- per leerlin .De Rijks H.B.S, te Breda werd
op denzelfden datum door 34- leerlingen uit Ginneken bezocht.
Voor deze leerlingen moest de gemeente betalen f 4-971» 4-8 of
wel f 14-6.22 per leerling.De lessen aan het O.L.Vrouwe Lyceum
werden op 15 September 1931 doo^ 13 leerlingen uit Ginneken
gevolgd en voor deze 13 leerlingen gaf de gemeente de geringe
subsidie van f 600,- in tot aal, hetwelk f 4-6.15 P®r leerling
uitmaakt.Indien deze leerlingen het Gymnasium of wel de Rijks
H.B.S. zouden bezoeken,dan zou de gemeente verplicht zijn
daarvoor te betalen respectievelijk 13 x f 284-,64- of wel
13 x f 14-6,22,of wel met verdeeling over beide scholen een
gemiddeld bedrag aan vergoeding van ruim f 200.- per leerling.
Het kan dus alleszins redelijk worden geachtdat,waar
de ouders dezer leerlingen de gemeente zoo aanmerkelijk ont
lasten, de gemeente een billijker vergoeding dan thans aan
het O.L.Vrouwe Lyceum moet toekennen en dat voldaan moet
worden aan het verzoek van het Bestuur van deze onderwijs-
inriohting,