Ginneken, 26 April 1932
Aai den Gemeenteraad
van
Ginneken en Bavel
Edelachtbare Heeren
De Commissie, aangewezen in Uw vergadering van
26 Februari 1932 tot het nazien van de door de Bijzondere
Schoolbesturen in deze gemeente ingediende rekeningen over de
jaren 1925-1927 "ter vaststelling van de vergoeding als bedoeld
in art. 101 van de Lager Onderwijswet, heeft de eer het navol
gende mede te deelen
De door de Schoolbesturen ingezonden rekeningen over genoemde
jaren zijn door ons nagezien
Dit onderzoek heeft tot de volgende opmerkingen aanleiding ge-
gegen
1. De Besturen der Bijzondere Scholen te Ginneken en Bavel hebben
verzuimd op de ingediende nota's voor het verbruik van licht af
te trekken een bedrag voor gebruik teh behoeve van het Vervolg
onderwijs
Beide Schoolbesturen erkennen, dat deze bemerking juist is
Het Schoolbestuur te Ginneken stelt voor, een vierde gedeelte
van de totaal som, hetwelk een bedrag van f 21.- uitmaakt, daan-
voor af te trekken
Het komt de Commissie juister voor dit bedrag te stellen op
f 30.- aan de hand van de navolgende berekening
Een locaal met lampen van 75 W. gebrand 300 uur is 90 K.W.
60 K.W. a 35 cents 1925-1926 f 21.-
30 K.W. a 30 1927 9.-
Met het voorstel van het Schoolbestuur te Bavel om f 1^.- af
te trekken kan de Commissie zich vereenigen
Het Bestuur van de Bijzondere Meisjesschool te Ginneken staat
voor het gebruik van licht ten dienste van een gehouden naai
cursus af te trekken een bedrag van f 7*50.
Daar de Commissie gebleken is, dat eenige localen dier school
voor het lichtverbruik zijn geplaatst op den meter van het
klooster en derhalve het in die lokalen verbruikte licht niet
in rekening is gebracht, acht zij geen reden aanwezig dezen
aftrek van f 7-50 toe te passen
2, Feitelijk zou voor het verbruik van kolen ook een aftrek dienen
plaats te hebben
Daar echter gebleken is, dat de kachels dag en nacht branden en
zoo
