8 of van wege Burgemeester en Wethouders aangewezen overeenkomstig de voorschriften door den Gemeenteraad uitgevaardigde ingevolge art. 2, eerste lid a en ben tweede lid der Woningwet. 2. De aanwijzing geschiedt binnen veertien dagen nadat bij Burgemeester en Wethouders een daartoe strek kend schriftelijk verzoek is ingekomen van dengene, aan wien vergunning tot bouwen aan den betreffenden weg is verleend. 3. Bij toepassing van de op voorgevelrooilijnen en achtergevelrooilijnen betrekking hebbende bepalingen in deze verordening gelden slechts de door of vanwege Bur gemeester en Wethouders aangewezen lijnen. Artikel 12. Behoudens in geval door den Gemeenteraad een bij zonder voorschrift ten aanzien van de voorgevelrooilijn is uitgevaardigd op grond van art. 2, tweede lid, der Woning wet en onverminderd hetgeen ten aanzien van voorgevel rooilijnen voortvloeit uit bebouwingsvoorschriften krach tens art. 39 der Woningwet, gelden ten aanzien van voor gevelrooilijnen de hierna onder a, b en c volgende voor schriften: a. aan nieuw aan te leggen wegen, zoomede aan be staande wegen buiten de bebouwde kom, geldt, behoudens het bepaalde onder b, als voorgevelrooilijn een lijn, even wijdig aan de as van den weg, en gelegen op een afstand van 12,5 M. uit die as, tenzij de wegbreedte grooter is dan 10 M., in welk geval de lijn is gelegen op een afstand van 7,5 M. uit de grens van den weg: b. voorzoover gebouwen, welke aan bestaande wegen buiten de bebouwde kom zijn opgericht, een ingevolge het voorschrift onder a, bepaalde voorgevelrooilijn zouden overschrijden, geldt ter plaatse als voorgevelrooilijn de lijn, waarin de gevels dier gebouwen zijn geplaatst; c. aan bestaande wegen binnen de bebouwde kom geldt als voorgevelrooilijn een lijn, welke, getrokken door de voorgevels der naast gelegen gebouwen een gelijkmatig verloop verkrijgt overeenkomstig de richting van den weg, echter in dier voege, dat de breedte van den weg door den bouw niet verminderd zal worden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 186