11 toestand, voor zoover deze niet daaraan voldoet, niet ongunstiger worden. Artikel 18. De bouw van meergezinshuizen, waaronder moeten worden verstaan al dan niet vrijstaande gebouwen, waarin twee of meer woningen boven elkaar zijn gelegen, is verboden. Artikel 19. 1. Het is verboden te bouwen: a. voor zoover zulk een verbod niet begrepen is in art. 6, eerste lid a, der Woningwet, zonder schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wethouders; b. met afwijking van het bouwplan, waarop de ver gunning is verleend, of van de bepalingen dier vergunning, tenzij met bijzondere schriftelijke toestemming van Burgemeester en Wethouders. 2. De verbodsbepaling onder a genoemd is niet van toepassing: lo. op bet bouwen van bijgebouwtjes op het open erf achter een gebouw, mits de hoogte van druiplijn, goot of boeibord en de gezamenlijke oppervlakte, beide gemeten buitenwerks boven den grondslag van het aansluitende terrein, onderscheidenlijk niet meer dan 2.25 M. en 15 M2. bedragen; 2o. op werkzaamheden behoorende tot het dagelijksch onderhoud; 3o. op bet bouwen ingevolge eene aanschrijving van Burgemeester en Wethouders krachtens de Woningwet of de Bouwverordening. Artikel 20. 1. Ter verkrijging van eene vergunning, als bedoeld m art. 6, eerste lid a, der Woningwet en in art. 19, lid 1 onder a, dezer Verordening, moet hij, voor wiens rekening wordt gebouwd, of zijn gemachtigde, een daartoe strekkend schriftelijk verzoek indienen bij Burgemeester en Wet houders. 2. Het verzoekschrift moet inhouden: o. naam en woonplaats van den aanvrager of diens gemachtigde;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 187