7, Op advies van de commissie voor de gemeente-finantien stellen wij voor het vermenigvuldigingscijfer voor 1933 vast te stellen op 1,zoodat nog wordt verwacht,dat dan de genoemde opbrengst van f.25.000 zal worden verkregen. Uit het hiervoor aangegeven cijfer blijkt,dat de kosten van onderhoud der wegen, van straatreiniging en straatverlichting reen. roer dan f.3 7.000 bedragen. Ook al is de bestrating en de rioleer'.. ring door de eigenaars van de belendende panden bekostigd, dan wordt nog slechts een billijke bijdrage betaald in de kosten van onderhoud, verlichting en gemeentereiniging Het betrekken van de Rijks-en Provinciale wegen in de belasting kan geen bezwaar ontmoeten. De wetgever heeft bevoegdheid verleend daarvoor belas ting te heffen de kosten dier wegen moeten immers ook door alle belastingplichtige worden betaald,al is het dan ook in deh vorm van rijks- of provinciale belastingen Het komt ons voor, dat tegen het maximumcijfer van 2 en het maximumbedrag van f 56.000 geen praktisch bezwaar bestaat; wijl hierdoor toch niet wordt beslist het bedrag der te heffen belas ting Op de begrooting voor 1953 is uitgetröken een bedrag van f 35.000 als opbrengst der straatbelasting In een vorige vergadering werd reeds medegedeeld, dat dit bedrag wel te hoog zou zijn geraamd en werd deswege besloten het aantal opcenten op de hoofdsom der personeele belasting te verhoogen met tien. Hierdoor wordt een meerdere opbrengst ver kregen van naar schatting f Indien de opberngst der straatbelasting f 25.000 zal bedra gen, is het bedrag van f 35.000 nog niet geheel gedekt Er zal dan nog moeten worden overgegaan tot verhooging der opcenten op de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 52