6
bedrag niet okan worden gevonden door verhaal van pen
sioensbij drage op de ambtenaren
De Oommissie,is van oordeel, dat het bedrag, dat daar
voor sou moeten worden ontvangen, niet van dien aard
sou zijn, dali daarvoor de belasting van beteekenis sou
kunnen worden verminderd. Echter afgezien daarvan acht
de Oommissie daarvoor thans niet het oogenblik gekomen.
De Heer Kessel heeft bij brief van 28 Februari 1933 op
gemerkt, dat de notulen op bladzijde 4- van het toege
zonden ontwerp niet juist zijn. Hij deelt mede, dat door
hem is gezengd, "dat het billijk zou zijn ook een belas
ting te heffen van die gronden en terreinen gelegen
aan, of in de onmiddellijke nabijheid van openbare we
gen en waarvan de eigenaars niet wegens gebouwde eigen
dommen in deze gemeente zijn aangeslagen".
Na eenige bespreking is de Oommissie van oordeely dat
deze heffing met het oog op artikel 280 der Gemeentewet
niet zou geoorloofd zijn
De Heer Kessel is verder van oordeel, dat de belasting
zou kunnen worden verlicht door het nemen van winst
uit de bedrijven
De Oommissie acht het nemen van winst uit de bedrijven
alleen in uiterste noodzakelijkheid verantwoord b.v.
wanneer bij het einde van het jaar tekorten moeten wor
den gedekt, waarvoor geen andere middelen beschikbaar
zijn
Hierna worden in behandeling genomen de bezwaren, welke
in de ontre rp-notulen zijn vermeld