Verg. 29 Juli 1937
JLC. WIJZIGING- SCHOOLGELDVERORDENING
Door Gedeputeerde Staten dezer provincie is, blijkens
overgelegd schrijven d.d. 23 Juni 1937 G nr. 333 17 Afd,
bezwaar gemaakt tegen een maximum-schoolgeldbedrag van
F 75.- per leerling en per jaar, aldus bepaald bij Raads
besluit d.d. 30 April 1937, tot het vaststellen van een
verordening op de heffing van schoolgeld voor het gewoon
lager onderwijs
Gedeputeerde Staten willen dit bedrag zien vastgesteld
op F 66.
Ten einde aan het verlangen van Gedeputeerde Staten te
voldoen en ter verkrijging van de vereischte Koninklijke
goedkeuring op de schoolgeldverordening, stellen wij voor
het tarief, opgenomen in art, 3 der heffingsverordening,
eenigszins te wijzigen en het maximum-schoolgeld te be
palen op F 66*
De wijziging van het tarief brengt alleen voor de meer-
draagkrachtigen eenige verhooging van schoolgeld, ter
compensatie van het mindere schoolgeld, dat in de hoog
ste heffingsklassen zal worden ontvangen
Wij stellen voor de verordening op de heffing van school
geld, vastgesteld d.d. 30 April 1937, in te trekken en
deze opnieuw vast te stellen volgens overgelegd ontwerp
Een exemplaar van de Verordening d.d. 30 April 1937 is
mede ter inzage gelegd