8
Verg. 31 Oct. '38
6. VOORSTEL TOT WIJZIGING DER VERORDETINGRE GE LEI? DE DE SAMEN
STELLING EU DEN WERKKRING VAN DE COHMISSIEN VAN BIJSTAND
In de vergadering van 15 Juli 1938 is een wijziging ge brac,
in de bovenbedoelde verordening in verband met een wijzi
ging van de Gemeentewet
Art. 3 is toen vastgesteld als volgt
"De Voorzitter en de Leden van iedere Commissie hebben zit-
11 ting tot den eersten Dinsdag van September in het jaar,
"waarin de periodieke Raadsverkiezingen plaats hebben"
Gedeputeerde Staten maken bezwaar tegen deze bepaling, vijl
in de wet niets is bepaald omtrent den zittingsduur van de
Voorzitters van de Commission. Een bepaling omtrent den zit
tingsduur der Voorzitters achten zij niet gevenscht
Ten einde aan het verlangen van Gedeputeerde Staten te vol
doen, stellen wij voor art. 3 der verordening te lezen als
volgt
De leden van iedere Commissie hebben zitting tot den eer-
"sten Dinadag van September in het jaar, w rir de periodic-
"ke Raadsverkiezingen hebben plaats gehad"
In de vergadering van de Commissie voor Sociale Aangelegen
heden, d.d. 12 September 1938, is oe slot en am Burgemeester
en Wethouders in overweging te geven ?an den Ra a voor te
stellen i de hiervoor bedoelde verordening de bepaling op
te nemen, dat Burgemeester en '.uethouders het óevoelen van uk
Commissie voor sociale aan0ele ^enneden zullen inwinnen ov<:
benoeming, schorsing en ontslag van het personeel, verbon
den aan den dienst voor sociale zaken dezer gemeente en r
de samenstelling en wijzigin. van de bezoldiging van dat
personeel
Art11