- 9 - verg. 28 April 1939*
TRAGEN VAN DEN HEER J.JD.F. BRINKERHOF, LID VAN DEN RAAD;
INZAKE GENEESKUNDIGE ARMENVERZORGING IN DEZE GEMEENTE.
Bij schrijven van lp April 1939 zijn door den heer
Brinkerhof, lid van Uwen Raad, een viertal vragen ge
steld, betrekking hebbende op de geneeskundige armenver
zorging in deze gemeente.
Naar aanleiding van dit schrijven, hetwelk bij de stuk
ken is overgelegd, hebben wij het navolgende te antwoorde
1.-2.-3.
Thans zijn twee geneesheeren tot de gewone genees- en
heelkundige armenverzorging in deze gemeente toegelaten.
Het is niet juist te zeggen, dat geneesheeren met de ar
me npr act ij k ./orden "belast"Volgens art. 2 van de des
betreffende verordening kunnen geneesheeren, die bereid
zijn zich met de genees- en heelkundige armenverzorging
in deze gemeente te belasten, zich schriftelijk melden
bij ons College, dat hen dan al of niet toelaat.
Het beginsel der vrije artsenkeuze zal hierbij door ons
strikt worden toegepast, ongeacht van welke kerkelijke
gezindte deze geneesheeren ook zijn.
l/anneer echter de toegelaten doktoren van een bepaalde
gezindte zich niet langer belast willen zien met de ar-
menpractijk en zich geen andere geneesheeren van die ge
zindte bij ons aanmelden, is het niet mogelijk de armen-
practijk te doen uitoefenen door geneesheeren van ver
schillende kerkelijke gezindte.
ib.
De besprekingen met de betrokken instanties over een
nieuwe