verg» 30 Januari 1940.
Het ligt daarom in de bedoeling hem met 1 Juli a.s. aan te
stellen als tijdelijk ambtenaar ter secretarie0 Hij heeft
dan ongeveer twee en een half jaar secretarie-werkzaamheden
verricht. Wij stellen voor een bedrag van f 583.- uit te trek
ken voor de wedde van een half jaar en hem over het eerste
halfjaar 1940 een gratificatie toe te kennen van f 100.- In
totaal is derhalve benoodigd een bedrag van f 685.- Ook dit
bedrag kan worden gevonden in den post voor onvoorziene uit
gaven. In totaal wordt dan uit dien post beschikt tot een be
drag van f 1685.-. Op de begrooting van 1940 is bij de behan
deling van die begrooting nog een post gebracht van f 3000.-,
teneinde daaruit te kunnen putten ten behoeve van het noodige
personeel ter secretarie, In feite wordt echter het budget
door de aanstelling van de ambtenaren ter secretarie slechts
met f 685.- verzwaard, wijl een bedrag van f 1000.- in ontvang
sten was. geraamd voor werkzaamheden ten behoeve der kostwin
nersvergoedingen. waar geen uitgaaf tegenover was gesteld.
Dan zal nog behooren te worden overgegaan tot het aan
stellen van een controleur voor de kostwinnersvergoedingen.
Die werkzaamheden worden door het rijk vergoed tot een maxi
mum van f. 0,50 per uur. Voorgesteld wordt een bedrag van
f 1000.- uit te trekken als belooning voor een controleur
en in ontvangsten een bedrag van f 1000.- als vergoeding van
het rijk voor die werkzaamheden. Door deze aanstelling komen
derhalve ook geen uitgaven ten laste der gemeente.
Door den heer Burgemeester van Breda is d.d. 9 Januari
1940 No, V/89 bericht, dat ten behoeve van de luchtbescherming
hulp-