Verg. 8 April 1941.
AAN
den Raad.
Ten vervolge op ons prae-advies d.d. 2 April 1941
voor de Raadsvergadering van 8 April a.s. meenen wij het
navolgende nog te moeten berichten:
Ten aanzien van punt 10.
Wij achten het beter dit punt terug te nemen en aan te
houden tot een volgende vergadering met het oog op nader in
te winnen inlichtingen.
Ten aanzien van punt 11.
Door den heer Brinkerhof is een brief ingezonden d.d.
3 April 1941 van den volgenden inhoud:
Aan Burgemeester en Wethouders
der gemeente Ginneken e&a^W
Edelachtbare Heeren,
Naar aanleiding van Uw voorstel, voorkomende onder
punt 11 van de agenda voor de a.s. Raadsvergadering, komt
het mij gewenscht voor de Rijksregeling toe te passen voor
het geheele personeel der Gemeente.
Het is voor mij een vraag, waarom zullen wij ons
Gemeentepersoneel in een ongunstiger positie laten dan
het Rijks-personeel die vanaf het eerste kind 3 kinder-
toelage ontvangt tot het 18e levensjaar met een minimum
van f. 75.- per jaar?
Derhalve stel ik den Raad voor de Rijksregeling toe
te passen.
Van
