er zich echter op beroepen, dat hst niet voor den rechter
moet komen.
De Heer LOERAKKER vraaöt of de bepaling in het bestek van
iffacKf is na de oplevering van het werk.
De VOORZITTER antwoordt, dat de rechtskundige dit zal moe -
ten uitmaken.
De Heer SPRENGER is het niet eens met het prae-advies.
Spreker heeft het rapport van Van Veen met groote belang -
stelling gelezen, Spreker noemt dit een juweeltje, het
wijst nauwkeurig de fouten aan Voor hst grootste gedeelte
betreffen de fouten de uitvoering van het werk. De Heer
Van Ve'en i3 een bekwaam man, maar de Heer Dwars niet minder.
Omdat de Heer Van Veen technische fouten aanwijst, behoe -
v^ we het werk nog niet af te keuren. De fouten in de uit -
voering "staan vast. Spreker acht de deskundigheid van don
Heer Dwars wel zoo hoog, dat die wél zijn reden zyj hebben
om hst werk te ontwerpen, zooals hij gedaan heeft, laat
mijnheer Dwars aangeven, waarom hij hst zoo ^smaakt
heeft. Spreker is huiverig om zoneter meer maar mee te gaar.
met mijnhesr Van Vesn. Iets anders is de kwestie van uitvce -
ring; het materiaal is slecht. Het bestek zwijgt van het
materiaal waarvan de buizen moeten worden gsmaakt, maar in
het bsetek is eene proefbelasting voorgeschreven. Hu
vraagt spreker zich af, hoe die buizen hebben kunnen vol -
doen aan eens" proefbelasting. Spreker gelooft, dat mijn -
heer Van Veen gelijk heeft, wanneer die zegt, dat bedrog is
gepleegd. Bovendien* is er slecht dagslijkacHtoezicht geweest.
Spreker heeft gehbord, dat de opzichter Wilctebosr ontsla -
gen is; dat zal wel niét zonder reden zijn De Heer Van
Veen heeft medegedeeld dat de rioclkllken niet in orde zijn.
Dit houdt echter geen verband met het ontwerp, wel met het
toezicht. De vraag is of de schuldige nog te achterhalen is.
De aannemer kan nog aansprakelijk worden gesteld. Wanneer
de zaak ten öronde gaat is ds aannemer aansprakelijk. Er
moet een uitspraak komen van een deskundigs; het is
daarom
d l v
f*Ccc^C
