s
Deze mottie^ wordt 'ondersteund door den beer Sprenger.
Te motie,in stemming gebracht wordt aangenomen met algemeene
stemmen.
Voor stemden derhalve de heerenRijppaartLoerakker;Sprenger;
Laurey;Veltman;van NootfcajVerlegh;EeenackersRopsOomen;van Eylj
van Hooydonk;en van den Hurk.
De heer STRENGER verklaart nu dat hij bij zijn algemeene be
schouwingen nog het woord had willen voeren over het inzage ver
strekken aan de pers.Na de gehouden bespreking van de stemming
over de motie heeft het geen zin meer.De algemeene beschouwingen
"van den heer Sprenger kunnen derhalve als beëindigd worden be
schouwd. c
De heer LAUREY verkrijgt hierna het woord voor het houden van
algemeene beschouwingen.Door hem wordt het navolgende gezegd:
Mijnheer de Voorzitter:
Lag het aanvankelijk in mijn vocriieriien dit jaar geen critische
beschouwingen te houden,omdatnaar ik dacht,Uw college deze
slechts voor kennisgeving zoude aannemen,bij nadere overweging
heb ik dit standpunt laten varen,tengevolge van enkele feiten
waaruit ik meende te mogeh conclüdêeren,dattrots het stilzwij
gen van Uw college in den Raad,mijne ten vorige jare gehouden
critiek toch niet geheel zonder uitwerking is gebleven.Uit moge
min of meer aanmatigend klinken,met enkele feiten hoep ik dit
aan te tconen.
Ie.Ten vorige jare wees ik in mijne critiek o.a.cp de slechte
verlichting van het nieuwe wegenplan,de WerfstraatBurgemeester
Passtoorsstraat enz.De gewenschte verbetering is er sindsdien
gekomen.
2e.Hees ik op de overlading van de agendas tengevolge van het te
gering aantal Raadvergaderingen.Het zij erkend dat ook hierin
ecnige wijziging ten goede is gekomen.
Jte.Gaf ik als mijn oordeel tê kennen dat ónze Wethouders zelden
of nooit in openbare vergaderingen het woDÈd mochten of durfden
voeren.En ziet opvallend'is het,hoe beide functionarissen in het
afgeloopen jaar,meer dan voorheen althans,zich beijverd hebben
aan de openbare debatten de&l te nemen.0©k hier dus vooruitgang,
al i£
