Re heer LOERAKKER vraagt, waarom .h,x loze keien zijn gebruikt. De VOORZITTER antwoordt, dat de heer Van Veen die beter en goedkooper vond. De heer BOERAKKER moet daaromtrent zijn afkeu ring uitspreken. Spreker merkt op, dat de heer Verlegh altijd gezegd heeft, dat greskeien beter waren De VOORZITTER zegt, dat bij de aanbesteding geen of ferte^ van greskeien is gedaan. De heer VELTMAN merkt op, dat de opzet is geweest met oude keien te iiestraten en nieuwe bij te brengen. De VOORZITTER antwoordt, dat de Prins Hendrikstraat een meter breeder is geworden; het is nu eene schitterende straat De heer LOERAKKER kan het niet goedkeuren, dat het nu f 22000.- duurder kost, De heer VERLEGH zegt, dat de verrekeningspost van 8000.- hem hoog voorkomt. De heer EIJPPAART antwoordt, dat daar later de verrekening van volgt. De heer LOERAKKER zal niets van den heer Van Veen zeggen; hij zal het hem niet kwalijk nemen, dat het werk 33000.- hooger komt» De regeling van het werk is ech^-sT^wed de schuld van Van Veen; spreker is daarover niet te spreken. De heer VERLEGH zegt, dat modder in een gat is gedaan in plaats van. zuiver zand. Nergens is zuiver zand onder de keien. De tegels zijn ook niet gelegd, zooals het moet. De heer L-AUREY merkt op, dat er geknoeid is, wanneer het ie, zooals de heer Verlegh zegt. Ce heer 8PRENGER acht het een bezwaar, dat niet één per soon is aangewezen tot wien de raadsleden zich kunnen wenden. De heer RIJPPAAP.T zou niet graag zeggen, dat er geknoeid is onder den heer Van Veen, De heer OOMEN zegt, dat het steeds zijn stokpaardje is geweest, dat eene verdeeling van werkzaamheden in het College

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 75