3« Verzoek d.d. 16 September 1926 van de Vereeniging tot in
standhouding van Christelijke scholen te Breda en omgeving om
gelden voor de stichting eener school.
Een prae-advies is overgelegd, luidende als volgt
Prae-advies naar aanleiding van het verzoek van (ie Vereeniging
"tot instandhouding van Christelijke Scholen te preda en Omgeving
"te Breda om gelden .voor den bouw eener school*
Bij het nazien der stukken, welke bij het verzoek zijn overge
legd, is ons gebleken, .dat daaraan ontbreekt jts
"lo« de beschrijving van he.t terrein^
"2o. he.t advies van den inspecteur van het ^ager Onderwijs;
"3o. eene mededeeling van de wijze, waarop de vereeniging voor
nemens is den bouw van de school .te. doen uitvoe.ren of tot op
bracht daarvan aan een of meer aannemers te geraken*
"Deze gegeven zijn ingevolge art. 77, sub 5 van de Wet fep het Lager
"Ondeiwijs vereischt. Het schoolbestuur wordt hiermede in kennis
"gesteld.
"Zoolang alle vereischte gegeven niet zijn ingekomen, kan bezwaar-
"lijk eene beslissing worden genomen. Wij stellen daarom voor het
"verzoek aan^te houden.
Ginneken 3 November 1926.
Burgemeester en Wethouders van
Ginneken en Bavel,
(get)Serrasis
De secretaris,
tget) A.Bastiaansen.
De heer LOERAKKER was oorspronkelijk niet van plan iets te ze geen
b
over dit plan. Het deed spreker echter vreemd aan, dat zoo laat
wordt medegedeeld, dat het schrijven, hetwelk reeds op 21 Sep
tember |.l is ingekomen, niet in orde is.
Dit doet spreker denken aan lijdelijk verzet. Dat kan spreker niet
goecL-keuren, Spreker zou graag willen, dat binnen den door de^
wet .genoemden-termijn wordt geantwoord. Spreker zou dien termijn
niet gaarne laten verloopen. Art. 78 der Wet op het Lager Onder
wijs schrijft voor, dat binnen een maand moet zijn beslist.Spre
ker vraagt of het nog in de bedoeling ligt het veroek nfeg in den
