18. 34.De heer SPRENGER zegt te hebben gevraagd de gemeente te ver zekeren tegen ft&gèd malversaties van het personeel. De VOORZITTER zegt dit niet noodig te vinden. De heer Laurey vraagt naar de premie te informeeren. De VOORZITTER zegt,dat de ontvanger zekerheid heeft gesteld.Hij vraagt of de Raad verzekering noodig acht .De heer van den ÏÏUHK zegt,dat het geweascht is naar de premie.te informeeren.Wanneer de premie hoog is>voelt hij er niet veel voor. 35.De heer 8PRENGER zegt geen rapport te hebben gehad van de grieven tegen het armbestuur. De VOORZITTER zegt,dat hij zich zou kunnen voorstellen,dat het armbeisfcuur geen antwoord geeft.Dezer dagen is echter antwoord gekomen.Het armbestuur wijst naar zijn vorig schrijven. De heer van den HURK vindt het antwoord van het armbestuur in hooge mate onvoldoende. •v 33.De heer SPRENGER vraagt naar het onderzoek van den toestand der Molenstraat te Strijbeek.Door den Voorzitter is net belang hebbenden eene vergadering gehouden. De VOORZITTER zegt,dat alle belanghebbenden op een na hebben geteekend voor afstand van den grond.De bedoeling is de straat in orde te maken op voldoende öreedte met een fietspad en aan weerszijden eene sloot. Verordening 37.De heer SPONGER vraagt of het niet gewenscht is eene verordening Dodgieterswet te maken ingevolge de loodgieterswet.Spreker wijst op monumenten in deze gemeente De heer van den HURK acht het een te speciaal onderwerp voor eene kleine gemeente.De strafwet stelt voldoende straf tegen onvoorzichtigheid.Spreker stelt op zulk eene verordening geen prijs» De VOORZITTER conètateert dafe,dat geen verlangen bestaat op een dergelijke verordening. Water 38.De heer SPRENGER vraagt of nog onderzoek wordt ingesteld naar Moe der heil het water van Moederheil. De VOORZITTER antwoordtdateen rapport is ingekomen. Verzekering gelden gemeente. ,rieven Armbe stuur Onderzoek ole nat raat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 40a