even aan herinneren,dat de raadsverkiezing te G inn eken een aardige illustratie levert van de waarde van een enkele stem. Terwyl de Vryzinnig-Democraten met 206 stemmen een zetel ver- 1,-1 i overden,kwam de Vryheidsbond met slechts 4 stemmen minder niet voer vertegenwoordiging in aanmerking. Tan vestig ik er den nadruk op,dat de niet-R.K. partyen tezamen zoo wat 3-g- x de kiesdeeler op zich vereenigden, een aantal veel grooter dan overeenkomt met aasiaï het aantal niet-Roomsche inwoners van onze gemeente.Het stemevfer van den heer Loerakker zal niet belangryk afwyken van het totaal door orthodoxe en behoudende protestanten uitgebrachte stemmenaantal.Blykbaar is door een stygend aantal Rocmsche mannen en vrouwen) "van de daad",voornamelyk in de kom van Ginneken,de voorkeur gegeven aan de democratische lysten van links boven die van de R.K. Kiesvereeniging 1923.Dat zegt niet weinig omtrent de waardee ring, die het werk der R.K, groep ondervindt by de kombewoners. Dat verheugt my zeer! Ondanks het loffelyk streven van de hee- ren Laurey en Veltman zyn er dan toch een aanzienlyk aantal Roomsch-Katholieken met democratische neigingen,die aan een schip met zuiver democratische bemanning de voorkeur geveh bo ven een modderschuit met twee democratische vlaggen er op. Nu dan is er nog ietsArtikel ?S van de Grondwet zegt?De Staten- Generaal verte genwoordig'en het geheele Nederlandsche volk" .Dat beteekent niet,dat elk kamerlid zich kan beschouwen als de vertegenwoordiger van dat Nederlandsche volk by uitnemendheid. Integendeel,dat wil zeggen,dat de gezamenlyke kamerleden het geheele Nederlandsche volk vertegenwoordigen.In dat honderd tal kamerleden behoort de Regeering terug te vinden de ver schillende strcomingen, die in dat Nederlandsche volk leuren. Dèe strocmingen vinden hunne organisatie in de staatkundige partyèn,sterker,ons "lystenstelsel" van evenredige vertegen woordiging noodzaa,kt de aanhangers van eene bepaalde strooming, zich in een bepaalde staatkundige party te organiseeren,hetzy een nieuwe,hetzy een der bestaande partyen.Elk kamerlid heeft zich derhalve te beschouwen als de vertegenwoordiger,als de vertrouwensman van een bepaafte strooming,van een bepaalde groep.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 108