Spreker wil nog memoreeren de motie van de vergadering der
kiesvereeniging op 3 December j.l. Ongeveer 30 leden van de
1000 waren aanwezig, 't Is gemakkelijk om bet zoo met alge
meens stemmen klaar te spelen. En dat klinkt dan naar buiten.
De Heer BROUWERS zegt zich te hoog te achten om op de
scheldwoorden van den Heer Laurey te antwoorden; hij zal er
over zwijgen
De Heer LOERAKKER maakt bezwaar tegen de houding van den
Voorzitter. De Voorzitter had den Heer Laurey tot de orde
moeten roepen. Nu men de kwestie aan de orde heeft gebracht,
wil spreker wel zeggen, dat hij dergelijke besprekingen
niet toelaatbaar acht. Spreker voelt niet voor algemeens be
schouwingen, maar indien men dan. al algemeene beschouwingen
wil houden, behooren die beperkt te blijven tot het beleid
van den Raad en van Burgemeester en Wethouders. De interne
kwesties van eene kiesvereeniging behooren in den Raad niet
thuis; dat stuit spreker tegen de borst. Spreker zegt blij te
zijn geen lid te zijn van de R.K. Kiesvereeniging
De VOORZITTER antwoordt den Heer Loerakker in-der-daad
de uiterste lankmoedigheid in acht te hebben genomen. Spre
ker is het overigens geheel eens met den Heer Loerakker.
Hij spreekt als zijn overtuiging uit, dat hij walgt van het
spektakel, dat door enkelen wordt gemaakt
De Heer VAN GESTEL merkt op, dat te Bavel geen vermeende
maar werkelijke knoeierijen aan de boterfabriek hebben plaats
gehad en de Heer Oomen heeft die knoeierijen verdedigd. De
boerenkrijg ging niet tegen vermeende, maar te gen werkelijke
knoeierijen
De Heer LAUREY zegt, dat het hem spijt, dat de heer Oo
men er niet is
Be Heer VAN GESTEL zegt, dat bet hem epi-jt- eveneens spijt
De Heer SPRENGER is het niet eens met den Heer Loerakker,
dat éérgelijke aangelegenheden niet zouden mogen werden be
sproken. In Amsterdam denken er-de Christeli jk_Historischen
er anders over. Alles mag bespcoken worden. Spreker bemoeit
er zich niet mee, wat er in de R.K. Kiesvereeniging gebeurt.
Als