3de en 3de stembureau. In bet 3de stembureau heeft men
zelfs hulp van het publiek aangenomen, te weten de heer
Brinkerhof, die zelf candidaat was nota bene. Dit is zeer
zeker in strijd met de wet en met de bedoeling van de wet.
3o. in artikel 37, voorlaatste zinsnede, staat voorgeschreven,
dat het stembureau beslist over de waarde van het stembil
jet, terstond nadat het is geopend.
Ook dit is in het 1ste stembureau niet geschied, Daar
zijn de blanco en van onwaarde biljetten eerst gesorteerd
en daarna ongeldig verklaard. Naar mij is medegedeeld is
dit ook niet geschied in het 3de stembureau.
3oin artikel 37, laatste zinsnede, staat voorgaschreven,
dat de Voorzitter van ongeldig verklaring en van twijfel
en de beslissing onmiddellijk bekend maakt.
U zult moeten toegeven, dat dit in het 1ste stembureau
niet is geschied. Ook niet in het 3de stembureau.
Op grond van voornoemde gevallen, waarin de wet ms over
treden, stel ik voor niet over te gaan tot toelating van
de nieuw-gekozen laden.
Deze verkiezing is in strijd met de wet.'
Ik verzoek U mijn voorstel in behandeling te nemen en te
vragen, of dit wordt ondersteund.
De heer LAUREY zegt vervolgens
Naast de wettelijke bezwaren, die de heer Verlegh tegen
de j.l. gehouden verkiezing aanvoert en die ik, voor
wat betreft* het stembureau no. 3, onderschrijf, wensch
ook ik te protesteeren tegen toelating der gekozenen,
op grond van het feit, dat bij de verkiezing nog meerdere
wettelijke bepalingen, als die door den heer Verlegh opge-
somd, zijn geschonden, te weten:
Ten aanzien van de geloofsbrieven,
Dè Voorzitter van het hoofdstem bureau heeft mij, en
zeer waarschijnlijk nog meerdere benoemden, mijne benoe
ming tot Raadslid, middels den gemeente-bode, doen toe
komen op 38 Juli, terwijl de geloofsbrief was gedateerd
op 15 Juli 1937,"
Hier