Het was inderdaad onze "bedoeling, dat de leden van
vereenigingen, die op vertoon van hun lidmaatschap op
kostelooze toegangsbewijzen werden tcegelaten, zouden
werden gelijk gesteld met degenen, die op vertoon van een
vrijbiljet toegang hebbenEen kosteloos toegangsbewijs is
immer hetzelfde als een vrijbiljet. "ij hebben echter geen
bez7/aar den laat sten zin van artikel 3 der va ordening te
lezen, zooals door den heer Sprenger wordt voorgesteld, be-
houdens dat wij het maximum op 0.50 zouden willen bepalen.
Wij vinden geen aanleiding om, wanneer het minimum toegangs-
geld 0.50 of hooger is het maximum voor leden van vereeni-
gingen te bepalen op 0.25.
Na de' bespreking in de vorige vergadering zijn ook wij niet
enthousiast over het icorstel tot wijziging van artikel 8.
Het komt ons thans voor, dat het beter is het artikel onge-
wijzigd te laten. Bij de toepassing van iedere verordening
rijzen moeilijkheden.
Wanneer de verordening ongewijzigd blijft, wordt voor poli-
tieke voordrachten geen belasting geheven. Het door den heer
Drop geuite bezwaar is dan ondervangen.
Het vrijstellen van voordrachten in het algemeen kan tot
ontduiking asLnieiding gevenj het is immers niet de bedoeling
om b.v. komische voordrachten vrij te stellen.
Tegen de verordening zelf zijn, voor zooveel artikel 8 be-
treft, geen bezwaren gerezen. Hetzelfde artikel komt overigens
in de meeste van dergelijke verordeningen voor.
Het bezwaar is gerezen tegen de toepassing, welke c.i. juist
is geschied. De toepassing zal door ons, afgezien van poli-
tieke cf godsdienstige richting, voor alle tfereenigingen
op gelijke wijze geschieden.
"Wij stellen daarom voor aaïi artikel 1 van de ont werp-ver or-
dening van 3C Juni $.1. toe te voegen de door deTi heer Dpren
ger voorgestelde zinsnede, luidende:
De waarde van toegangsbewijzen, welke aan leden van ver -
eenigingen tegen vertoon van hun lidmaatschapsbewijs kos-
te loos worden afgegeven, wordt gelijk gesteld met den
laagst en