7. Vragen Laurey riolee- ringswer- ken Ulven hout Dat de heer Loerakker dergelijke vragen nocdig acht,is vanzelf sprekend .Wanneer gevraagd wordt naar gedrag en ijver,daar is niets tegen,doch dat geraagd wordt naar godsdienst en politieke richting komt niet te pas.Spreker moet daar zijn verregaande afkeuring over uit spreken,vooral in den tegenwoordigen tijd.Wanneer men het wil weten,kan men-het onder de roos doen.Spreker was van plan er in de raadsvergadering over te spreken. De VOORZITTER zegt,datwanneer de heer Sprenger meent zijn gal te moeten uit spuwen, hi j dat voor zijn part kan deen.Er worden "bijna dagelijks dergelijke vragen gesteld.Men mag toch wel vragen naar godsdienst en pjb&itieke richting.Spreker zou niet weten,waarom men dat niet vragen mag.Men mag toch wel weten of iemand communist is. Spreker zegt daar steeds naar te willen blijven vragen. De heer LOERAKKER zegt,dat door den heer Sprenger er niets van zou zijn gezegd,wanneer hij niet gesproken had.Dan had hij het wel voor de benoeming gedaan;toen was het daarvoor de tijd.De leden van den Raad kunnen het beleid van Burgemeester en Wethouders becritisee- ren in openbare vergadering. y 'i 11 .Vragen van den hees' C.-J.Laurey betreffende de rioleeringswerken te Ulvenhout Door Burgemeester en Wethouders zijn de vragen schriftelijk be antwoord. De heer LAUREY zegt,dat het zijne bedoeling is gewetèt maatrege len te treffen.Wanneer de afsluiting van den weg had plaats gehad, zou hij de vragen niet meer gesteld hebben.Spreker wenscht echter eene bemerking te maken.Door persoonlijke ervaring weet spreker, dat de toestand slecht is.Er werd niets gedacan om verbetering aan te brengen.. Be eerste verbetering is aange lx achtnadat een artikel in de krant had gestaan.De heer Van Veen geeft toe,dat de toestand slecht was.Voorts moet de afsluiting van den weg zoodanig geschie den, dat men het aanstonds zien kan. De VOORZITTER zegt cck in den modder te hebben gezeten.Dat was ten gevolge van den ingevallen dooi.De heer Kuijsten heeft er nog over getelefoneerd.De aannemer had nooit 150 meter epen moeteh maken. .Men moet echter niet vergeten,dat hier overmacht in. het spel was. De toestand geeft echter niemand het recht er zulke artikelen over te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1928 | | pagina 7