"gesteld worden. gHoofdstuk VIII.(Onderwijs.Kunsten en Wetenschappen). "No.l69.De Commissie heeft tegen den post ad f.500 als zoodanig geen he "zwaar.Zij erkent gaarne,dat de schoonheidscommissie hoogst nuttig werk "verricht.De Commissie is nochtans van meening,dat in de wijze waarop de "Schoonheidscommissie hare taak tot dusver tot uitvoering brengt,noodza- likelijkerwijze verandering ten goede behoort gebracht te worden.In den "Raad zijn meermalen reeds bezwaren tegen de werkwijze der Schoonheids commissie naar voren gebracht,weshalve de Commissie zich van verdere "beschouwingen daaromtrent meent te kunnen onthouden.De Commissie zou "slechts dan haar steun aan het gevoteerde bedrag kunnen geven,indien er "ten behoeve der schoonhei dscommissieê een instructie of reglement werd "ontworpen,waarin o.afwordt omschreven "le.dag en uur,waarop de Commissie als regel vergadert; t "2e.de wijze,waarop de Commissie aan de betrokkenen haar advies(met re- t denen omkleed)behoort uit te brengen; t t "3e.dag en uur,waarop de indieners van het bouwplan omtrent het hun ver- "strekte advies.mondeling met de schoonheidscommissie overleg kunnen "plegen. "Tenslotte meent de Commissie te moeten adviseeren,de schoonheidscommis- "sie met een lid uit te breiden,waarvoor naar hare meening de gemeente- "bouwkundige in aanmerking zou kunnen komen.alsdan is tevens de mogelijk* "heid dat slechts een lid der Schoonheidscommissie een beslissing neemt, "zoo goed als uitgesloten. Ginneken, den 15 December 1928. De Commissie voornoemd, (get)Laurey. (get) Verdaasdonk. t (get)de Hoon. Het rapport der 'Commissie is door Burgemeester en Wethouders beantwoord1 als volgt: Aan de Commissie,belast met het onderzoek van de begrooting, dienst 1929* Edelachtbare Heeren. "Haar aanleiding van het door UWe Commissie uitgebracht verslag omtrent w 1; c

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1928 | | pagina 122a