Maar dat men de zaak overwege en een commissie benoeme.We zijn er niet van
af met een subsidie.Zoo zie ik. de gem.verhoudingen.Geen verscherping van de
politieke verhoudingen,iraar samenwerking met het gemeentebestuur.
Nog wil ik aandacht vestigen op de prijs van het gas.Het heeft mijn aan
dacht getrokken,da.t ondanks het vrij groote gebruik,aan verlaging niet kan
worden gedacht.We zi jn. contractueel gebonden aan JOQ.QOO Mr.De tegenparty
zal moreel toch niet kunnen ontkennen dat 21R.000 Mr.toch pok een beduidend
quantum is.De prijzen worden gehandhaafd op een niveau,dat niet kan.
Het grondbedrijf bevat eveneens allerlei perspectieven.Burgemeester en Wet
houders zullen voldoende aanwijzing vinden om tot voorstellen te geraken.
Deze algemeene beschouwingen zijn te beschouwen fils een opbouwende critiek
en ik wensch aan de-belangen medewerking te verl^enen als sociaal-democraat
De heer Verdaasdonk zegt hierna: Als antwoordt op den heer Sprenger wensch
ik te protesteeren tegen'zijn uitdrukkingen.Mede geloof ik namens den heer
Brouwers.Ik loop niet in het gareel van Burgemeester en Wethouders.Ik heb
eën eigen meening.U rekent twee'wilden in den Raad.De geleerden zijn het
er echter niet over eens o£ er feitelijk geen h zitter.De heer Drop heeft
zeer goed onderscheid gemaakt,dat er geen principieels geschilpunten behoe
ven te zijn.We zijn Katholiek en de St&atspartij kan van die wilden nog wel
wat verwachten.Spreken is zilver maar zwijgen is goud.U spreekt zooveel,en
er blijft zoo weinig van over.Dat is dezen morgen nog gebleken.We zitten
hie* met 12 Katholieken.Mijnheer Sprenger behoeft heusch niet voor ons be-
zorgd te zijn.Zelf is U gekozen met ëen overschotje en met 4 stemmen boven
drie kwart van den hiesdeeler en met den steun van wat ontevreden elementen.
Hij kan dus zijne bezorgdheid wijden aan eigen partij.
L I
De heer Loerakker dankt den heer Sprenger voor de pluim,die spreker van
hem gekregen heeft.Hij hoopt nog menigmaal zijn zegen te kunnen geven aan
besluiten,die in het belang der gemeente genomen zijn.
De heer Brouwers verklaart zich aan te sluiten aan de woorden van den heer
Verdaasdonk. i
De Voorzitter maakt zijn compliment aan het lid van de sosiaal-democratische
arbeiderspartij voor zijn opbouwende critiek.
De heer Sprenger verzoekt ëen antwoord op het door hem gehouden betoog,
tellen vooral ten aanzién van de schoolartsenkwestie.