/2. Bavelschelaan is heel den winter nog geen licht geweest. De heer SPRENGER merkt op, dat bij de behandeling van de begrooting over het plaatsen van lantaarns is gespro- ken en besloten. Nu zijn ze er nog niet. De VOORZITTER antwoordt, dat met den wensch van den heer Sprenger rekening zal worden gehouden. De betichting SMXa&S ten aanzien van den heer Van der Put wijst spreker af. De heer SPRENGER antwoordt, dat het gaat over het bedrijf. Het bedrijf werkt te langzaam. Spreker wenscht de navol gende motie te stellen: De Raad der gemeente Ginneken en Eavel in zijne open- n bare vergadering van 19 Mei 1928; Van oordeel, dat een termijn van 5 maanden te lang geacht wordt voor het plaatsen van zes lantaarns, verzoekt Burgemeester en Wethouders mede te deelen, wat daarvan de oorzaak is en verzoekjr verder daarin ten spoedigste verandering te brengen; n En gaat èver tot de orde van den dag De heer DROP kan deze motie niet steunen. Aan de orde is het verzoek van bewoners der OverakkerstraatHet gaat niet aan, daaraan eene motie over het plaatsen van lan taarns te verbinden. Spreker is van oordeel, dat de Voor zitter te ver is gegaan in de verdediging van Van der Put. De schuld ligt bij den betrokken Wethouder, De motie van den heer Sprsnger wordt gesteund door den heer Laurey. In stemming gebracht, wordt de motie ver- worpen met tegen drie stemmen. Tegen stemden de heeren: Loerakker; Drop; Rijppaart; Van Nooten; Kuijsten; RopsVan Eijl; Verdaasdonk; de Hoon en Brouwers. Voor steMen de heeren: Sprenger; Laurey en Van Gestel. De heer DROP merkt op, dat hiermede het adres niet is behandeld. De VOORZITTER zegt, dat gisteren door den bedrijfsleider is t j

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1928 | | pagina 36a