/5- over de kwestie denkt. Met v:elk voorstel gaat men mee? De Raad heeft vroeger meermalen het standpunt van den heer Sprenger gedeeld. De heer Sprenger en Burgemeester en wet houders hebben recht te weten, hoe de meerderheid over hun voorstellen denkt. Spreker vereenigt zich met de meening van den heer Sprenger. De rekening-voorschriften zijn zeker docu menten van betaekenis, maar ze mogen niet de autonomie van de gemeente aanstooten. Spreker wacht op eene verklaring van de meerderheid. De heer LAUREY was niet van plan te spreken. Hij doet het ook thans niet op commando van den heer Drop. Spreker heeft steeds de meaning van den heer Sprenger in deze gedeeld en hij <io«t het ook/ thans. Hij had beter gevonden, dat de Voorzitter maar direct had laten stemmen. We kunnen uren debatteeren, doch de betrokkenen zijn toch niet te overtuigen. Spreker is van meaning, dat er reden ie voor optimisme. Pe verdingen ten- gevolge van de annexatie, eene te verwachten betere regeling van de financieele verhouding tusschen het rijk en de gemeen ten en de toename van de bevolking wettigen dat optimisme. De K8&ÏMK baten van de personeels belasting kunnen in plaats van lager, ook hooger worden. Spreker acht eene geleidelijke stij ging gewenscht. De VOORZITTER antwoordt, dat de beleefdheid meebrengt den heer Sprenger zijn 3telsel te laten verdedigen. De Raad moet weten met welk voorstel hij accoord gaat. De heer VERDAASDONK meent, dat men er lang over kan spreken, men komt toch niet tot elkaar. Spreker stelt voor het cijfer te bepalen op 0.9. De VOORZITTER meent, dat dit op niets gebasëjeerd is. We moeten 0.85 of 1 hebben. Het voorstel van Rungemeester en Wethouders om het ver- menigvuldigirigscijfer te bspale® op 1 wordt in stemming ge bracht en aangenomen met acht tegen vijf stemmen. Voor stemden de heeren: Loerakker; Rijppaart; Van Nooten; Hops, Van Fiji; Verdaasdonk; de Hoon cn Brouwers. ÏSSS2. stemden de heeren:Drop; Pprenger; laurey; Kuijaten en /an Gestel. 3.Het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1928 | | pagina 39a