gëiteld, dat zij, die daar gaan werken, een behoorlijk loon verdienen en onder behoorlijke omstandigheden werken. De heer VERDAASDONK is er voor, dat de gemeente den dienst in handen houdt. De gemeente heeft die twee menschen in dienst. De heer OOMEN is van oordeel, dat de achturige arbeidsdag zich zal wreken op de arbeiders zelf. De heer SPRENGER is van oordeel, dat het nogal zal losloopen. De heer Sprenger zal over aanbesteding niet spreken. Hij is van oordeel, dat de paardentractie te duur en de a.utotractie te goedkoop is berekend. De heer BRINKERHOF is het niet eens met den heer Oomen. De Raad zal ook niet meegaan om ik uur per dag te laten -werken. De wetgever zal ook spoedig ingrijpen in het landbouwbedrijf. Aanbesteding zal aanleiding geven tot veel moeilijkheden. De heer ROPS is het eens met den heer Oomen, dat paardentractie te duur is. Het is aan spreker bekend, dat Van Poppel voor f. 5000*- de aanneming wil doen en voor den tijd van zes jaar. Dat is de voordeeligste weg. De heer LOERAKKER meent, dat we niet eerst moeten kijken naar het voordeel, doch naar-de doelmatigheid. Het moet geschieden in het belang van de volksgezond- heid. De VOORZITTER acht eigen beheer het meest hygië nisch. Spreker zegt, dat dan zal worden beslist over het prae-adviesf Welk merk er komt, doet mede ter zake. r De heer SPRENGER kan zich met het prae-advies ver eenigen, echter zonder machtiging te verstrekken aan Burgemeester en Wethouders om een^iieuwe auto te koopen. De VOORZITTER brengt eerst in stemming het voorstel van Burgemeester en Wethouders om het ophalen van vuil te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 134