'9 16 DIC 1925 stemden wederom beide Heer en tegen. En ook hier betrof het een R.K. zaak. De Heeren Sprenger en Brinkerhof die, naar ik meen te mogen veronderstellen, aan hun kiezers niet hebben beloofd, speciaal de R.K. belangen te verdedigen, dachten er zelfé blijk- baar anders over toen onlangs hier in den Raad de waardigheid en de persoon van een R.K. Priester in het gedrang kwam, lieten beide Heeren van de "Wilde-pfiftijw geen kik of protest hooren Ziet Mijnheer de Voorzitter, dat is wat ik van die Vertegenwoor digers niet begrijp en me herbaldelijk afvraag wat zij dan wel verstaan onder behartiging van de speciale belangen der R.K.zaak. Doch wat ik den laatsten tijd wel begrepen heb, is dit, dat een dier Heeren eerder voor eigen belangen ijvert. Op zich zelf een zeer loffelijk iets, maar waarvan toch niet gezegd kan worden, dat het ijweren is speciaal voor de Roomsche zaak, evenmin als voor het glgemeen belang Ik heb hier den Heer Brouwers op het oo^Mijnheer de Voorzitter, en ik zou daar niet langer bij stil hebben gestaan, ware het niet dat zekere geste van genoemd Raadslid mij en tal van andere Raadsleden heeft verbaasd Wij hebben hier namelijk As onlangs geijverd voor ontheffingen van artikel 3 der Bouwverordening, aan welken ijver de Heer Brou wers dapper mee deed» Maar dat had, zooals achteraf bleek, zijn bijzondere reden De Heer Brouwers had namelijk aan sss zekeren Knibbeler grond verkocht en toen de voorloopige koopakte was op- gemaakt, deelde de Heer Brouwers den Heer Knibbeler mede, dat deze laatste niet zoo zou kunnen bouwen als hij van plan was, wijl artikel 3 der Bouwverordening zulks belette. Maar zoo voegde de Heer Brouwers den Heer Knibbeler toe, dat fceeft niets ik zal als Raadslid wel zorgen dat dit veranderd wordt De Raad besliste echter anders trots de belofte van een Raads lid. En hoe de kooper ban den grond verder tegen den Heer Brou wers 'heeft geageerd weet ik niet. Wel weet ik, dat deze handel wijze van den Heer Brouwers als afgevaardigde van de Wile-Partij, hoogst .V, t v -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 143a