drank koopt; laat staan van bedeeling» Maar men moet niet vergeten, dat de menschen zich soms uit wanhoop bedrinken. Men verwijt spreker, dat hij bij de begroo ting niet over de steunregeling heeft gesproken, doch dan merkt hij op, dat hij hier zit als eenig vertegen- woordiger van de 3.B.A.P. De moderne vakbeweging heeft hier nog zoo weinig te beteekenen, dat spreker de cri- ■tische positie heeft stelling te nemen tegen hen, die zich door de organisaties koest laten houden. Spreker zegt, dat, wanneer hij bij de begrooting ware gekomen, van niemand steun zou hebben ontvangen. De heer LAUP.EY zegt, dat de heer Drop zmlks niet weet* De heer EROP zegt, dat de heer Kuijsten hier nu niet zoo'n grooten mond moet opzetten, want hij heeft, zoolang hij hiel? zit, nog niets gedaan voor de arbei ders. Spreker vraagt, waarom de Voorzitter niet eene vergadering heeft uitgeschreven. Waar ziet-men het, dat in 2-|-,maand geene vergadering wordt gehouden? Men heeft het weer in eigen kringetje willen houden. Het lot-van den werklooze moest in eigen kringetje worden behandeld. Men hinkt hier op twee gedachten; gods dienstig belang en versterking van eigen politiek. De VOORZITTER merkt op, dat het betoog van den heer Drop komt als mosterd na- den maaltijd. Wanneer de heer Drop den Burgemeester had gewaarschuwd, had hij onmiddellijk eene raadsvergadering gahad. De heer LOERAKKER protesteert, wanneer de heer Drop verklaart, dat de voorstellen van hem als eenling hier niet worden behandeld.. Spreker zit hier ook als eenling. Spreker verklas.rt, dat het nooit is voorgekomen, dat de heer Drop geen steun ontving, wanneer door hem voorstellen in het be- lang der gemeente werden gedaan. Wanneer hij denkt, dat wij alles in eigen kringetje willen houden, dan vergist hij zich. Spreker constateert, dat de Raad van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1929 | | pagina 14a