liet brandweercollege 'besprekingen houdt over ver
schillende punten. De commissie zou concrete voor
stellen kunnen doen. Punten van behandeling zouden
kunnen zijn: verzekering van het brandweer college;
telefoon en brandweer schellen'} vergoeding; brand-
bluschapparaten; bediening en onderhoud der brand-
spuit; bewaren van de spuit; kleeding van de man
schappen en ooi de aankoop van den brandppuit. Wan
neer de commissie daarover rapport uitbrengt, ge
looft spreker, dat spoedig tot een oplossing zal
wor den g ek om en
De VOORZITTER kan het voorstel toejuichen. H&b
gaat om een goede spuit; de commissie heeft inzage
van de gegevens.
De heer DROP kan met den grondslag van het voor
stel van den heer Laurey accoord gaan. We krijgen nu
echter de ongewone figuur, dat een commissie wordt
benoemd, terwijl het college van Burgemeester en Wet
houders eene'commissie niet noodig acht. Er is hi et
echter al meermalen gesproken over de activiteit
van het brandweer college en wel eens in minder gunst igen
zin. Spreker voelt het nu als een bezwaar om
eene commissie te benoemen. Het moet niet den schijn
hebben, dat we eene commissie gaan benoemen, omdat
het brandweer col lege de taak niet kan oplossen. De
Raad zou zich kunnen uitspreken, dat de brandweer
grondig moet worden geregeld. De Oommissie is dm
De heer LAUREY zegt, dat een der leden van het
brandweer college de zaak zeer geschikt acht. Het
voorstel van den heer Drop heeft een gormeele strek
king. Spreker stelt zich tegenover den heer Sprenger,
die het brandweercollege niet geschikt a,cht. We
istaan vrij tegenover het brandweercollege.
De VOORZITTER voelt wel voor de verandering van
het voorstel é&cTden heer Drop. Het voovstel van
den
op br eederen grondslag gevestigd en het brandweer
college wordt in zijn waarde gelaten.