mét behoud va,n de bestaande grondslagen de uitkeeringen
krachtens de steunregeling gelijk te stellen met de uit
keeringen uit de werkloozenkassen en voor de ongeargani-
seerden een gelijke feerhooging toe te passen. De kinder
toeslag zou voorts gehandhaafd moeten blijven en ook be
hoor en te worden toegekend aan de georganiseerden, wanneff
de uitkeeringen uit de werkloozenkassen worden genoten.
De heer LAUREY acht het voorstel varf vang en onzeker.
Het gaat'toch niet aan zonder overleg, zonder prae-advies
een^ dergelijk/é voonstel in stemming te brengen.
De VOORZITTER zegt, dat het er om gaat om er een
schepje op te doen. Een andere meening is om de bestaande
regeling te handhaven.
De heer SPRENGER zegt er niet voor te voelen om ver
hoogingen op de uitkeeringen der werkloozenkassen toe te
•kennen.
Het voor stel van den heer Drop wordt gesteund door
den heer Kuijsten,
Het voorstel wordt in stemming gebracht en verworpen
met 13 tegen 2 stemmen,
Tegen stemden'de heeren: Rops'; Van Eijl; de Hoon;
Verdaasdonk; Oomen; Veltman; Va.11 Gestel; Loerakker; Laurey;
Sprenger:Rijppaart; Van Nooten en Brouwers.
Voor stemden-de heeren: Kuijsten en Drop.
De heer SPRENGER stelt voor den toeèlag per kind. te
brengen van f 0.50 op f 1.20 per week.
De heer LOERAKKER zegt, dat reeds vroeger bezwaar is
gemaakt dit onderdeel te verhoogen. Het gaat niet aan om
voorstellen ter tafel te brengen, welke men niet kan over
zien.
De heer DROP ondersteunt het voorstel van den heer
Spr enger.
Het voorstel wordt in stemming gebracht en verworpen
met 12 tegen 3 stemmen.
Tegen stemden de heeren: Rops; Van Eijl; de Hoon;
Verdaasdonk; OomenJ Veltman; Van Gestel; Loerakker; Laurey;
Rijppaart