Beroep 3. Voorstel tot het instellen van een beroep
biseSt-Ming
Gedeputeerde tegen de beslissing van Gedeputeerd© Staten
Staten scha
deloosstel- dezer provincie tot vaststelling van de schai
ling Annexa-
tiewet. loosstelling ingevolge artikel 3 der Wet vatl
21 April 192 7 Stbl. 87
In het prae-advies is hieromtrent het volgende
i Jüt fr.Tri os si Tfci
vermeldï
ien q[0 ;V0O - Oil 9J' ^Xïlfï
Van Gedeputeerde Staten dezer provincie is
ontvangen hunne beslissing d.d. 7 Mei 1930,
G. No. 540, Ve. Afdeeling in zake de schade-
loosstelling ingevolge de z.g. Annexatiewet.
iiPil* s A- 1*9 XmB V OZwtf 81JI
Door ons was gevraagd eene schadeloosstel-
n ling van 2089.80 voor den overgang van den
eigendom van keibestrating enz. in de Bosch-
w laan. Dit bedrag is door Gedeputeerde Staten
vastgesteld op 1392.30.
n Verder is door ons schadeloosstelling ge-
vraagd voor den overgang van rechten of imma-
terieele bezittingen n.l. de concessie voor de
levering van water in het voormalig deel van
Teteringen en de concessies voor de levering
van elect rise hen stroom en water in het voor-
J - r -i
malig deel van Princenhage en de materieel©
bezittingen, welke daaraan annex zijn.
t= r v
Door Gedeputeerde Staten is echter beslist,
i
dat geen rechten en,bezittingen zijn overge-
n gaan naar de gemeente Breda, wanneer die niet
zijn gelegen in of rusten op het eigen afge-
staan gebied.
Deze opvatting kunnen wij niet deelen. Naar
n onze meening is die opvatting in strijd met de
duidelijke letter en met den geest der wet.
Het
u.oqï - :ea \Dn.; rif
neb loob si ledo
lixwaed at-
froi tsjet i'.x' i .t
-