ne tegen aansluiting groot bezwaar hebben» Uit- voerige rapporten zijn overgelegd, waaruit V 'f wel blijkt, dat inderdaad grccte bezwaren v -1 x 4 \,-i J x - XX voor hen bestaan tegen aansluiting. i Het is aan den Raad om eene beslissing te i f, n nemen. v™ Wij hebben gemeend, dat het gewenscht is, dat de Raad eerst de vraag beslist of hij thans eene verordening ingevolge artikel 26 t';' IV' w der Vleeschkeuringswet al dan niet gewenscht acht. Wanneer dia vraag bevestigend wordt beantwoord, kan door ons in overleg worden getreden met het Gemeentebestuur van Breda om eene regeling voor te bereiden als ift ij H artikel 26 der Vleaschkeuringswet wordt ver- M eischt. Wordt geene verordening gewenscht geacht, dan zijn alle onderhandelingen omtrent het daarstellen eener regeling ovei'bodig» Wanneer de Raad de verordening wel gewenscht acht, i D dan zal tevens eene verordening ingevolge artikel 26 der Vleaschkeuringswet worden ont- H' es i'JbeiH ru>v fï x r i V ÈMk .ti worpen» Deze aangelegenheid betreft de volkshygiene, M terwijl daarbij ^èevens de belangen van eene geheele categorie der bevolking zijn betrokken. n Hierbij moet ook niet uit het oog worden ver- loren, dat de Vleeschkeuringswet staenge ei- schen stelt, waaraan de slagerijen zullen moe- f."'. i.T) f ten voldoen en dat daarop strenge controle e zal worden uitgeoefend. 1 Het is aan den Raad om in deze eene beslis- nesiTisgijB 9iJj BXv nJsv qibq£±3 ob dMiléj sing_ ij ti ili'l Ji C W C t nt idojelsc iinov. óleiaesct'aav nehaow i w v

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1930 | | pagina 84