23.
w om waar in hst katholiek onderwijs voldoende
voorzien is, van de gunstige bepalingen der wet
gebruik te maken, om overal maar scholen op te
ten ;u v :i< A i. A t£ i i
richten, vocaal als hiervan nog 't gevolg is, dat
een andere bestaande school eveneens tot klein©
i
school wordt hervormd of naar den kelder gaat.
,j aI oo :0 i -
Spreker voegt hier nog aan toe, dat toen de aan-
1,1
vraag in den Raad in behandeling kwam, voor de
Heusdenhoutsche school de heer Loerakker zich tegen
.i' i 1
verklaarde, zoolang er twijfel bestond, of de
school er wel gevestigd zou blijven, maar de heer
ni- V
Van Eijl wenschte niet te spreken uit geheime ver-
gadering. Tegen het wegsmijten van het geld kwam
i.l - i
spreker op. Men heeft eenvoudig gezegd: Wij wil-
x.; nc l ei
len twee scholen bij de kerk, al loopt een andere
- •- i JT i
dan ook leeg
-ft J V j.
Spreker stelt voor een adres tot den Minister van
i,x!i £19 ysTixjeJ 18 erf ne>i i i %tb ad set aniircoow
Onderwijs te richten, teneinde hem op deze ervaring
- 3'
te wijzen en te verzoeken bij een aanstaande wets-
i '.,:l
wijziging maatregelen te treffen, dat zulks zich
J - U V, ;V 1
niet meer voordoet»
■neiantrJI e(;iwïehnO nxsv lefeiniM neb iotf notdoiz uit van 9 Mae
Misschien kan het bouwen der tweede school nog
n n: V, J -X x,nI c. x t
voorkomen worden.
l
De heer VAN EIJL zegt, dat die reeds is aanbe-
1 )0, 0 i -cj
steed. Wanneer wij in beroep gaan, heeft dat toch
'1 p
geen resultaat, want het is niet in strijd met de
:iOW .'1 t j. - iIxiov i
wet.
De heer LAUREY was "van oordeel, dat er heel
wat zou zijn in te brengen tegen het betoog van
1 -M'1 1 1
den heer Sprenger. Het verwondert hem, dat een
'j a. i
Raadslid, dis notabene lid is van het Kerkbestuur
der betrokken parochi®7~de woorden van den heer
Sprenger
t J;
r. a j,.r
n
g